geen persoonlijk letsel en/of materiële
schade veroorzaakt. Richt de luchtstroom
nooit op mensen of dieren. Richt de
luchtstroom nooit op de wind.
ONDERHOUD
De bladblazer is ontworpen om lang te werken
met minimaal onderhoud. Goed onderhoud en
regelmatige reiniging zijn een voorwaarde voor
de goede werking van de bladblazer.
•
Zorg ervoor dat alle schroeven goed zijn
vastgedraaid om het product in veilige
conditie te houden.
•
Vervang beschadigde of versleten
onderdelen.
•
Gebruik alleen goedgekeurde
reserveonderdelen en accessoires.
•
Bewaar de bladblazer op een droge plaats
wanneer hij niet in gebruik is.
•
De fabrikant is niet aansprakelijkheid voor
schade veroorzaakt door het niet naleven
van deze instructies.
LET OP!
Gebruik alleen onderdelen en accessoires die
door de fabrikant worden aanbevolen. Het
gebruik van andere onderdelen kan leiden
tot een persoonlijk letsel en/of materiële
schade. Daarnaast vervalt de garantie.
Reiniging
WAARSCHUWING!
Maak de bougiekabel los van de bougie
voordat u hem schoonmaakt.
•
Houd de ventilatieopeningen van de
bladblazer schoon om oververhitting van
de motor te voorkomen.
•
Houd de handgrepen schoon, droog en
vrij van olie en vet.
•
Reinig indien nodig met een zachte doek
bevochtigd met mild reinigingsmiddel, bij
voorkeur na elk gebruik.
•
Giet of spoel nooit water op de bladblazer.
Reinig de motorbehuizing met een
vochtige doek. Gebruik geen sterke
reinigingsmiddelen of oplosmiddelen,
aangezien ze de plastic delen van de
bladblazer kunnen beschadigen. Droog de
motorbehuizing grondig af.
•
Gebruik alleen reserveonderdelen en
accessoires die door de fabrikant worden
aanbevolen. Het gebruik van andere
onderdelen of accessoires kan leiden tot een
persoonlijk letsel en/of materiële schade.
Bougie reinigen en vervangen
Controleer eenmaal per jaar de
elektrodeafstand van de bougie of als de
motor slecht loopt of moeilijk te starten is. De
elektrodeafstand moet 0,63 mm bedragen.
1.
Wacht tot de motor volledig is afgekoeld.
2.
Maak de bougiekabel los van de
bougie en schroef de bougie los met de
meegeleverde bougiesleutel.
3.
Vervang de bougie door een nieuwe
van hetzelfde type als de elektroden
gecorrodeerd of verbrand zijn of als er
zware afzettingen op de elektroden zitten.
4.
Afzettingen op de bougie kunnen worden
veroorzaakt door te veel olie in het
brandstofmengsel, slechte oliekwaliteit,
een verouderd brandstofmengsel of een
verstopt luchtfilter.
5.
Schroef de bougie voorzichtig met de
hand vast om te voorkomen dat de
schroefdraad breekt.
6.
Draai de bougie vast met behulp van de
bougiesleutel.
7.
Als een momentsleutel wordt gebruikt,
draai hem dan vast tot 12-15 Nm.
8.
Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
AFB. 9
NL
71