Alle batterijen/accu's dienen op hetzelfde moment te worden vervangen. Het door elkaar gebruiken van oude en
nieuwe batterijen/accu's in het apparaat kan leiden tot batterijlekkage en beschadiging van het apparaat.
Batterijen/accu's mogen niet worden ontmanteld, kortgesloten of verbrand. Probeer nooit niet-oplaadbare batte-
rijen op te laden. Er bestaat explosiegevaar!
7.8 Elektrische installatie
De middelen voor het ontkoppelen van de voeding moeten volgens de bedradingsregels in de vaste bedrading
worden ingebouwd.
Waarschuwing! Veiligheidsrisico!
Het product dient uitsluitend te worden geïnstalleerd door personen met de vereiste technische kennis en ervaring! *)
Als het apparaat niet goed wordt geïnstalleerd, dan bestaat er een risico:
voor uw eigen leven
voor het leven van de gebruiker van het elektrische apparaat
op ernstige schade aan eigendommen, bijvoorbeeld brandschade
op persoonlijke aansprakelijkheid voor persoonlijk letsel en schade aan eigendommen
Raadpleeg altijd een elektricien!
*) Technische kennis vereist voor het uitvoeren van de installatie:
Voor de installatie is de volgende gespecialiseerde kennis vereist, in het bijzonder:
De "Vijf Veiligheidsregels": Loskoppelen van de netvoeding; beveiliging tegen onbedoeld inschakelen; garanderen
dat er geen spanning aanwezig is; aarde en kortsluiting; stroomgeleidende onderdelen in de buurt afdekken of
beschermen
Gebruik geschikt(e) gereedschap, meetapparatuur en persoonlijke beschermingsmiddelen wanneer nodig
Analyse van meetresultaten
Gebruik van elektrische installatiematerialen om te voldoen aan de vereisten voor stroomonderbreking
IP-beschermingsklasse
Installatie van elektrische installatiematerialen
Het voedingstype (TN-systeem, IT-systeem, TT-systeem) en de corresponderende criteria voor aansluiting (klas-
sieke aarding, beschermende aarding, vereiste aanvullende maatregelen, enz.)
Als u geen professional bent, voer de installatie dan niet zelf uit, laat het over aan een specialist.
7.9 Installatie
De bevestiging aan het plafond moet sterk genoeg zijn om 4x het gewicht van de plafondventilator te kunnen
ondersteunen.
Zorg ervoor geen kabels of leidingen te beschadigen wanneer u de oppervlakte penetreert, bijvoorbeeld tijdens
het boren of het insteken van bevestigingen.
De montage van het ophangsysteem moet worden uitgevoerd door de fabrikant, diens servicemonteur of voldoen-
de gekwalificeerde personen.
De ventilator moet zodanig worden geïnstalleerd dat de bladen zich meer dan 2,3 m boven de vloer bevinden.
64