Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Beoogd Gebruik - Force A-Serie Bedienungsanleitung Und Teileliste

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 4
Tijdens het gebruik van een boor kan het werktuig zich plotseling en onverwacht verplaatsen:
• wanneer het boortje breekt door het materiaal waarin wordt geboord.
• als het werktuig blijft steken omdat te hard wordt geduwd.
• als het boortje vastraakt in het materiaal waarin wordt geboord.
Zorg ervoor dat uw lichaamshouding u toelaat om altijd controle over het werktuig te behouden. Zorg ervoor dat u stevig met de
voeten op de grond staat.
Een plotse en onverwachte beweging van het werktuig kan letsel veroorzaken.
Door te veel kracht te zetten op een boor wordt deze moeilijk hanteerbaar.
Gebruik niet te veel kracht.
Moeilijk te hanteren gereedschap kan letsel veroozaken.
Indien men de regelklep vastzet met tape of draad in de "ON"-stand, kan het gereedschap niet worden uitgeschakeld als het knel
geraakt of slecht werkt of als iets onverwachts gebeurt.
Plak de "ON-OFF" hendel van pneumatisch gereedschap nooit vast en knoei nooit met de bedrading.
Gereedschap dat zichzelf niet kan uitschakelen, kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Bedienend en onderhoudspersoneel moet fysiek in staat zijn met de bulk, massa en kracht van het gereedschap om te gaan.
Elk gereedschap waarbij een hulpgreep wordt geleverd, mag alleen worden gebruikt nadat deze greep is aangebracht en beveiligd.
Slecht onderhouden en slecht geölied gereedschap kan leiden tot plotselinge storingen.
Zorg steeds dat de boor goed geölied en in goede conditie is. Gebruik alleen Sioux Air Motor Oil No. 288. Zie specificaties over
het gebruik van andere oliën en vetten. Laat het uiteinde van de buis niet op de grond vallen, zodat stof en verontreinigende
deeltjes de boor niet kunnen bereiken. Zie specificaties over onderhoud.
Overwachte storingen kunnen letsel veroorzaken.
Luchtslangen kunnen van pneumatisch gereedschap afschieten en gaan zwiepen.
Controleer de aansluitingen en gebruik geen boren met losse of beschadigde luchtslangen of aansluitingen.
Rondzwaaiende luchtslangen kunnen letsel veroorzaken.
Luchtslangen die niet bestand zijn tegen olie of niet voor de werkdruk geklasseerd zijn, kunnen barsten.
Vergewis u ervan dat alle luchtslangen bestand zijn tegen olie en geklasseerd zijn voor de werkdruk. Lucht onder druk
kan ernstig letsel veroorzaken. Richt de luchtstroom nooit op uzelf of iemand anders. Koude lucht zoals afvoerlucht moet
altijd van de handen af worden gericht. Draag gereedschap niet aan de slang. Overal waar universele draaikoppelingen
(klauwkoppelingen) worden gebruikt, moeten borgpennen worden aangebracht en veiligheidskabels worden gebruikt om het
falen van aansluitingen van slang op gereedschap en slang op slang te voorkomen.
Slangen die barsten kunnen lichamelijk letsel veroorzaken.
Bij onjuiste luchtdruk kunnen pneumatische boren storingen geven.
Zorg dat de luchtdruk niet hoger ligt dan 90 psig/6.2 bar of de waarde aangegeven op het serieplaatje van de boor of in de
bedieningshandleiding. Gebruik een regelaar om de juiste luchtdruk te waarborgen.
Onjuiste bediening van pneumatische boren kan letsel veroorzaken.
Niet goed gerepareerde machines kunnen onvoorspelbaar werken.
Wijzig dit gereedschap niet. Laat machines repareren door een erkende Sioux reparateur. Gebruik het gereedschap niet als het
beschadigd is.
Machines die onvoorspelbaar werken, kunnen letsel veroorzaken.
Als de luchttoevoer niet wordt afgesloten, kan de boor onverwacht starten.
Zorg er altijd voor de luchttoevoer af te sluiten en de schakelaar voor decompressie te activeren, alvorens instellingen te
wijzigen, andere accessoires te installeren of onderhoudswerk aan de boor te verrichten. Maak er een gewoonte van te
controleren of er geen sleutels of ander gereedschap aan de boor zitten, alvorens deze weer aan te zetten.
Plotseling startende boren en rondvliegende sleutels kunnen letsel veroorzaken.
In een slecht verlichte omgeving werken maakt het moeilijk om op gevaren te letten.
Zorg dat de werkplek goed verlicht is.
Een slecht verlichte werkomgeving kan letsel veroorzaken.
Kinderen komen graag op werkplekken.
Houd kinderen uit de buurt. Alle bezoekers dienen een veilige afstand van de werkomgeving te bewaren.
Kinderen die zich op de werkplek bevinden, kunnen letsel oplopen.
Onbevoegd of niet opgeleid personeel kan onbewaakt gereedschap verkeerd gebruiken.
Berg niet gebruikt gereedschap op in een droge, hoge of vergrendelde locatie, buiten bereik van kinderen.
Verkeerd gebruikt gereedschap kan letsel veroorzaken.
Als bij onverwacht luchtdrukverlies de aan/uit-knop van de boor op "AAN" blijft staan, kan de boor onverwacht starten als de luchtdruk is
hersteld.
Zet de aan/uit hendel op uit bij onverwacht verlies van luchtdruk.
Boren die onverwacht starten, kunnen letsel veroorzaken.
Werktuigen met de aandrijving in de "aan" positie kunnen het werktuig onverwacht doen starten wanneer het is aangesloten op de
luchttoevoer.
Zorg dat de aan/uit knop uitstaat, alvorens de luchttoevoer aan te sluiten.
Onverwacht startende slijpmachines kunnen letsel veroorzaken.
Het gebruik van een niet door Sioux Tools geleverd of gespecificeerd onderdeel of accessoire kan onverwachte gevolgen hebben.
Gebruik alleen door Sioux Tools geleverde of gespecificeerde onderdelen en accessoires.
Onverwachte werking van onderdelen of accessoires kan letsel veroorzaken.
Als een stuk gereedschap of een onderdeel kan worden weggegooid, doe dit dan zo dat het geen schadelijke gevolgen heeft voor
anderen of voor de omgeving.

BEOOGD GEBRUIK

Dit werktuig is bestemd voor gebruik met boortjes voor het boren van gaten in hout, metaal en ander materiaal.
BEDIENING: ALGEMEEN (UITSLUITEND VAN TOEPASSING OP MODELLEN MET OMKEERFUNCTIE)
Deze machine heeft een regelknop waarmee de boorpunt bij een zeer laag toerental de plaats van het boorgat kan "aanzetten". Zodoende kunnen
gaten geboord worden zonder dat het boorgat eerst met de puntbeitel moet worden aangezet. De boor bereikt zijn maximale toerental bij het volledig
indrukken van de drukknop.
STANDAARD ACHTERWAARTS DRAAIEN
De spildraairichting wordt geregeld met de schuifschakelaar op de achterzijde van het werktuig (model 5430Cxx) of met de pal op de zijkant van het
werktuig (model 5445CRxx en 5450CRcc). Voor een optimale prestatie moeten de draairichtingsregelaars volledig in de juiste stand staan.
Verplaats de draairichtingsregelaar naar dit symbool om het werktuig rechtsom (met de klok mee) te laten draaien.
Verplaats de draairichtingsregelaar naar dit symbool om het werktuig linksom (tegen de klok in) te laten draaien.
Form ZCE862
17
2021May19/A
Date

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis