Bosch GKF 1600 CE Professional Originalbetriebsanleitung Seite 68

68 | Nederlands
frees langs de hulpgeleider bewegen. Bij gebruik van de
invaleenheid (2) beweegt u de multifunctionele frees langs
de afgeplatte zijde van de glijplaat op de hulpgeleider.
Kanten- of vormfrezen
Bij het kanten- en vormfrezen zonder parallelgeleider moet
het freesgereedschap zijn voorzien van een geleidingspen of
kogellager.
Geleid het ingeschakelde elektrische gereedschap vanaf de
zijkant naar het werkstuk tot de geleidingspen of het kogella-
ger van het freesgereedschap tegen de te bewerken rand
van het werkstuk ligt.
Beweeg het elektrische gereedschap langs de rand van het
werkstuk. Let er daarbij op dat het gereedschap onder de
juiste hoek op het werkstuk ligt. Te sterke druk kan de rand
van het werkstuk beschadigen.
Frezen met parallelgeleider (zie afbeelding K)
Schuif de parallelgeleider (35) met de geleidestangen (36)
in de voetplaat (13) en draai deze met de schroeven (41)
overeenkomstig de noodzakelijke maat vast.
Met de vleugelschroeven (37) en (38) kunt u de parallelge-
leider bovendien in lengte instellen.
Met de draaiknop (39) kunt u na het losdraaien van de twee
vleugelschroeven (37) de lengte fijn instellen. Een omwente-
ling komt daarbij overeen met een verstelafstand van
2,0 mm, een van de deelstrepen op de draaiknop (39) komt
overeen met een verandering van de verstelafstand van
0,1 mm.
Met behulp van de aanslagrail (40) kunt u het effectieve aan-
legvlak van de parallelgeleider veranderen.
Beweeg het ingeschakelde elektrische gereedschap met ge-
lijkmatige voorwaartse beweging en zijwaartse druk op de
parallelgeleider langs de rand van het werkstuk.
Frezen met cirkelgeleider (zie afbeelding L)
Voor cirkelvormige freeswerkzaamheden kunt u de cirkelge-
leider/geleiderailadapter (42) gebruiken. Monteer de cirkel-
geleider zoals te zien op de afbeelding.
Schroef de centreerschroef (47) in de schroefdraad in de
cirkelgeleider. Plaats de schroefpunt in het middelpunt van
de te frezen cirkelboog, let er daarbij op dat de schroefpunt
in het werkstukoppervlak grijpt.
Stel de gewenste radius door verschuiven van de cirkelgelei-
der grof in en draai de vleugelschroeven (44) en (45) vast.
Met de draaiknop (46) kunt u na het losdraaien van de
vleugelschroef (45) de lengte fijn instellen. Een omwenteling
komt daarbij overeen met een verstelafstand van 2,0 mm,
een van de deelstrepen op de draaiknop (46) komt overeen
met een verandering van de verstelafstand van 0,1 mm.
Beweeg het ingeschakelde elektrische gereedschap met de
rechter handgreep (4) en de greep voor de
cirkelgeleider (43) over het werkstuk.
Frezen met geleiderail (zie afbeelding M)
Met behulp van de geleiderail (49) kunt u rechtlijnig verlo-
pende bewerkingen uitvoeren.
Voor de compensatie van het hoogteverschil moet u de
afstandsplaat (48) monteren.
1 609 92A 57S | (16.04.2021)
Monteer de cirkelgeleider/geleiderailadapter (42) zoals te
zien op de afbeelding.
Bevestig de geleiderail (49) met geschikte spanvoorzienin-
gen, bijv. lijmklemmen, op het werkstuk. Plaats het elektri-
sche gereedschap met gemonteerde geleiderailadapter (42)
op de geleiderail.
Frezen met kopieerhuls (zie afbeeldingen N–Q)
Met behulp van de kopieerhuls (53) kunt u contouren van
modellen of sjablonen naar werkstukken overbrengen.
Kies afhankelijk van dikte van de sjabloon of het model de
geschikte kopieerhuls. Vanwege de uitstekende hoogte van
de kopieerhuls moet de sjabloon een minimumdikte van
8 mm hebben.
Voor het gebruik van de kopieerhuls (53) moet eerst de
SDS-kopieerhulsadapter (50) in de glijplaat (14) worden ge-
plaatst.
Zet de kopieerhulsadapter (50) van bovenaf op de
glijplaat (14) en schroef deze met de 2
bevestigingsschroeven (51) vast. Let erop dat de ontgren-
delingshendel voor de kopieerhulsadapter (52) vrij kan be-
wegen.
Schuif de ontgrendelingshendel (52) in pijlrichting en be-
vestig de kopieerhuls (53) van onderaf in de SDS-
kopieerhulsadapter (50). De codeernokken moeten daarbij
merkbaar in de uitsparingen van de kopieerhuls (53) vast-
klikken.
Controleer de afstand tussen freesmidden en kopieerhuls-
rand (zie „Voetplaat centreren (zie afbeelding R)", Pagi-
na 68).
Kies een freesgereedschap met een diameter die klei-
u
ner is dan de diameter van de kopieerhuls.
Freesbewerking
Aanwijzing: Houd er rekening mee dat de frees (18) altijd
buiten de voetplaat (13) uitsteekt. Beschadig de sjabloon of
het werkstuk niet.
Beweeg het ingeschakelde elektrische gereedschap met de
kopieerhuls (53) naar de sjabloon toe.
Bij gebruik van de invaleenheid (2): Duw de ontgrendelings-
hendel voor de invalfunctie (7) omlaag en beweeg de boven-
frees langzaam omlaag tot de ingestelde freesdiepte is be-
reikt. Laat de ontgrendelingshendel (7) weer los om deze in-
valdiepte vast te zetten.
Beweeg het elektrische gereedschap met uitstekende
kopieerhuls (53) met zijwaartse druk langs de sjabloon.
Voetplaat centreren (zie afbeelding R)
Om ervoor te zorgen dat de afstand tussen freesmidden en
kopieerhulsrand overal gelijk is, kunnen kopieerhuls (53) en
glijplaat (14), indien nodig, ten opzichte van elkaar worden
gecentreerd.
Bij gebruik van de invaleenheid (2): Duw de ontgrendelings-
hendel voor de invalfunctie (7) omlaag en beweeg de boven-
frees langzaam omlaag tot de ingestelde freesdiepte is be-
reikt. Laat de ontgrendelingshendel (7) weer los om deze in-
valdiepte vast te zetten.
Bosch Power Tools