Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Installatie; Transport; Tussentijdse Opslag; Uitpakken - Grundfos Conex DIS-G Montage- Und Betriebsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Conex DIS-G:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 30

9. Installatie

Waarschuwing
Schakel voor de montage de voedings-
spanning uit!
De behuizingsklasse IP65 wordt alleen
gegarandeerd wanneer de klemafdekkin-
gen zijn gesloten en de juiste kabelwartels
of dummykappen zijn gemonteerd.

9.1 Transport

Risico op storing of beschadiging van de
®
Conex
DIS-G! Laat het apparaat niet val-
Voorzichtig
len.
9.1.1 Aflevering
®
De Conex
DIS-G wordt geleverd in een kartonnen
doos. Laat het apparaat in de verpakking tijdens
transport en tussentijdse opslag.
9.1.2 Retour zenden
®
Retourneer de Conex
DIS-G in de originele of
gelijkwaardige verpakking.
Risico op storing of beschadiging van de
®
Conex
DIS-G! Grundfos accepteert geen
aansprakelijkheid voor schade die wordt
Voorzichtig
veroorzaakt door onjuist transport of ont-
brekende of ongeschikte verpakking van
het apparaat!

9.2 Tussentijdse opslag

Toegestane opslagtemperatuur: -20 °C tot +65 °C
Zie voor informatie over opslag van de
N.B.
sensoren de handleiding van de gassen-
soren.

9.3 Uitpakken

1. Controleer het instrument op beschadigingen.
Zo snel mogelijk na het uitpakken installeren.
2. Een beschadigd apparaat niet monteren of aan-
sluiten!
Verpakkingsmateriaal bewaren of volgens
N.B.
de lokale voorschriften afvoeren.

9.4 Installatievereisten

®
Conex
DIS-G
Droge ruimte
Ruimtetemperatuur: 0 °C tot +45 °C
Trillingsvrije locatie.
Sensoren
Droge ruimte.
– Voorkom dat de sensor nat wordt! Zorg er voor
dat deze buiten het bereik van de sprin-
kler-installatie wordt geplaatst.
Ruimtetemperatuur overeenkomstig de techni-
sche data voor de relevante sensor.
Trillingsvrije locatie.
Bescherm de sensor tegen directe hitte,
zonlicht en sterke tocht!
Raadpleeg voor extra informatie over de
N.B.
sensorinstallatie de handleiding van de
gassensoren.
Gassensoren moeten niet dicht in de buurt
van grote interferentiebronnen worden
Voorzichtig
gemonteerd, zoals grote machines, etc.
Wanneer deze montagevereiste niet wor-
den aangehouden, kan het meetinstru-
Voorzichtig
ment beschadigd raken of kan dit leiden
tot onjuiste metingen!
197

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis