Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Bosch GLL 2-15 G Professional Originalbetriebsanleitung Seite 49

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Modi
Het meetgereedschap beschikt over meerdere modi. U kunt
op elk gewenst moment tussen de modi wisselen:
– kruislijnmodus (zie afbeelding A): toont één horizontale
en één verticale laserlijn,
– horizontale modus (zie afbeelding B): toont één horizon-
tale laserlijn,
– verticale modus (zie afbeelding C): toont één verticale la-
serlijn.
Om van modus te wisselen, drukt u zo vaak op de toets voor
lasermodus (3) tot de laserstralen in de gewenste modus
worden getoond.
Alle modi zijn zowel met automatische nivellering als met
hellingsfunctie mogelijk.
Automatische nivellering
Het meetgereedschap bewaakt tijdens het gebruik op elk
moment de positie. Bij plaatsing binnen het zelfnivelleerbe-
reik van ±4° werkt het met automatische nivellering. Buiten
het zelfnivelleerbereik wisselt het automatisch naar de hel-
lingsfunctie.
Werken met automatische nivellering
(zie afbeeldingen A–C)
Plaats het meetgereedschap op een horizontale, vlakke on-
dergrond en bevestig het op de houder (10) of het sta-
tief (15).
De automatische nivellering compenseert automatisch onef-
fenheden binnen het zelfnivelleerbereik van ±4°. Zodra de
laserstralen continu branden, is het meetgereedschap klaar
met nivelleren.
Als de automatische nivellering niet mogelijk is, bijv. omdat
het standvlak van het meetgereedschap meer dan 4° van de
horizontale lijn afwijkt, dan knipperen de laserlijnen eerst
2 seconden lang in een snel ritme, daarna om de 5 seconden
meermaals in een snel ritme. Het meetgereedschap bevindt
zich in de hellingsfunctie.
Voor verder werken met de automatische nivellering plaatst
u het meetgereedschap horizontaal en wacht u de zelfnivel-
lering af. Zodra het meetgereedschap zich binnen het zelfni-
velleerbereik van ±4° bevindt, branden de laserstralen conti-
nu.
Bij schokken of veranderingen van positie tijdens het gebruik
wordt het meetgereedschap automatisch opnieuw genivel-
leerd. Controleer na het nivelleren de positie van de laser-
stralen met betrekking tot referentiepunten om fouten door
een verschuiving van het meetgereedschap te voorkomen.
Werken met hellingsfunctie (zie afbeelding D)
Plaats het meetgereedschap op een hellende ondergrond.
Bij het werken met de hellingsfunctie knipperen de laserlij-
nen eerst 2 seconden lang in een snel ritme, daarna om de
5 seconden meermaals in een snel ritme.
In de hellingsfunctie worden de laserlijnen niet meer genivel-
leerd en lopen niet meer noodzakelijk loodrecht op elkaar.
Bosch Power Tools
Mauwkeurigheidscontrole van het
meetgereedschap
Nauwkeurigheidsinvloeden
De grootste invloed oefent de omgevingstemperatuur uit.
Vooral vanaf de grond naar boven toe verlopende tempera-
tuurverschillen kunnen de laserstraal afbuigen.
Omdat de temperatuurgelaagdheid in de buurt van de grond
of vloer het grootst is, dient u het meetgereedschap indien
mogelijk op een statief te monteren en het in het midden van
het werkoppervlak op te stellen.
Naast externe invloeden kunnen ook toestelspecifieke in-
vloeden (zoals val of sterke stoten) leiden tot afwijkingen.
Controleer daarom de nivelleernauwkeurigheid, telkens
voordat u begint te werken.
Controleer altijd eerst de hoogte- en nivelleernauwkeurig-
heid van de horizontale laserlijn en daarna de nivelleernauw-
keurigheid van de verticale laserlijn.
Als het meetgereedschap bij een van de controles de maxi-
male afwijking overschrijdt, dient u het door een Bosch-klan-
tenservice te laten repareren.
Hoogtenauwkeurigheid van de horizontale lijn
controleren
Voor de controle heeft u een vrij meettraject van 5 m op een
vaste ondergrond tussen twee muren A en B nodig.
– Monteer het meetgereedschap dicht bij muur A op een
statief of plaats het op een stevige, vlakke ondergrond.
Schakel het meetgereedschap in en kies kruislijnmodus.
A
5 m
– Richt de laser op de nabijgelegen muur A en laat het meet-
gereedschap waterpassen. Markeer het midden van het
punt waar de laserlijnen zich op de wand kruisen (punt Ⅰ).
A
180°
– Draai het meetgereedschap 180°, laat het zich nivelleren
en markeer het kruispunt van de laserlijnen op de tegen-
overliggende wand B (punt Ⅱ).
Nederlands | 49
B
B
1 609 92A 5EM | (20.03.2020)

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis