Raychem EM4-CW Installations- Und Betriebshandbuch Seite 73

Tussenafstand
De verwarmingskabel moet met de
volgende tussenafstanden (S) geplaatst
worden:
Te verwarmen oppervlakte
Voorbereiding van de ondergrond
De verwarmingskabel moet geplaatst
worden op een stevige ondergrond.
In zwevende structuren kan de onder-
grond bestaan uit afwerkingsplaten,
voorgespannen beton of een zwevende
structuur met gegoten beton.
De verwarmingskabel kan op alle soorten
ondergrond worden geplaatst.
Weerstandtests
De test van de verwarmingskabel bestaat
uit het meten van de weerstand van de
geleider en van de isolatieweerstand.
De geleiderweerstand wordt gemeten
Voor standaard plaatconstructies:
S = 8-10 cm voor beton
Opmerkingen:
S/2
• Zorg voor een afstand van minstens
S/2
5 cm met de rand en obstakels
S
• Leg de kabel niet op plaatsen die later
nog doorboord zullen worden
Bij gegoten beton moet men ervoor
zorgen dat het oppervlak glad is en dat
alle scherpe voorwerpen verwijderd
zijn. Rijbanen op een solide onderlaag
vereisen geen bijkomende warmte-
isolatie.
Voor het plaatsen van de temperatuur- en
de vochtigheidssensor moeten de juiste
voorbereidingen worden getroffen.
met een ohmmeter. Een afwijking van
max. 10% van de nominale weerstand is
toegelaten. Zie tabel op pagina 4-5.
73