Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Carpower HPB-450 Montageanleitung Seite 15

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Wanneer het toestel definitief uit bedrijf ge-
nomen wordt, bezorg het dan voor verwer-
king aan een plaatselijk recyclagebedrijf.
3 Opgelet bij hoge geluidsvolumes
Stel het volume nooit te hoog in. Uitzon-
derlijk hoge volumes kunnen het gehoor
beschadigen.
Het gehoor raakt aangepast aan hoge
volumes die na een tijdje niet meer zo hoog
lijken. Draai het volume daarom niet verder
open, zelfs nadat u eraan gewend bent.
Zorg ervoor dat het geluidsvolume van de
hifi-installatie in de auto niet te hoog staat,
waardoor geluidssignalen, bijvoorbeeld
die van een ambulance, niet meer hoor-
baar zouden zijn.
4 Toepassingen
De eindversterker HPB-450 met vier kana-
len is speciaal ontworpen voor toepassingen
in auto-installaties. U kunt de vier kanalen of
slechts twee ervan in brugwerking schake-
len om een hoger uitgangsvermogen te rea-
liseren. Voor de kanalen 1 en 2 kan een
hoogdoorlaatfilter
bijgeschakeld
voor de werking met satellietluidsprekers;
voor de kanalen 3 en 4 een laagdoorlaatfilter
voor de werking met basluidsprekers resp.
een subwoofer.
5 Montage
Hou bij de keuze van de montageplaats in
elk geval rekening met de volgende punten:
lizado de manera incorrecta, o si no ha
sido reparado por un técnico cualificado.
Cuando el aparato se retira definitiva-
mente del circuito de distribución, debe
depositarse en una fábrica de reciclaje
adaptada.
3 Atención en caso de volúme-
nes elevados
No regular el volumen demasiado fuerte.
Los volúmenes muy elevados pueden
dañar el oído.
El oído humano se habitua a los volúme-
nes muy elevados y, después de cierto
tiempo, no los percibe de la misma
manera. Es por eso que le recomenda-
mos no aumentar el volumen una vez que
se ha habituado.
No regular nunca el volumen del sistema
audio muy fuerte: se deben poder oír
siempre los ruidos exteriores, por ejem-
plo, señales de una ambulancia.
4 Utilizaciones
El amplificador HPB-450 con cuatro canales
está especialmente concebido para la HiFi
de coche. Es posible conmutar todos o úni-
camente 2 canales en modo puente para
obtener así una potencia de salida más ele-
vada. Para los canales 1 y 2, es posible
instalar adicionalmente un filtro pasa-alto
para el funcionamiento con altavoces satéli-
tes, para los canales 3 y 4, un filtro pasa-
De voedingsspanningskabel (12 V) van
de batterij naar de eindversterker van de
auto-installatie moet zo kort mogelijk zijn.
Het is voordeliger om langere luidspreker-
kabels te gebruiken en een kortere voe-
dingsspanningskabel.
Zorg er ook voor dat de massakabel van
de eindversterker naar het koetswerk zo
kort mogelijk is.
Zorg voor voldoende ventilatie om de hitte
die in de eindversterker ontstaat, af te
voeren.
Door de krachten die tijdens het remmen
optreden, moet de eindversterker op een
mechanisch stabiele plaats vastgeschroefd
worden.
De zekeringen en de regelaar moeten
makkelijk toegankelijk zijn.
Gebruik voor de montage de vier boringen
van de koelplaat. Monteer de eindversterker
van de auto-installatie met vier schroeven
op een geschikte plaats vast.
6 Aansluitingen
De eindversterker mag uitsluitend door
gekwalificeerd personeel op het elektri-
worden
sche circuit van de auto aangesloten wor-
den.
Om schade door eventuele kortsluiting tij-
dens de installatie te vermijden, koppelt u
best de negatieve klem los van de autobat-
terij, alvorens de aansluiting uit te voeren.
Breng de nodige kabels zo aan, dat de
isolatie ervan niet beschadigd kan wor-
den.
bajo para un funcionamiento con altavoces
de grave o un subwoofer.
5 Montaje
Cuando escoger el lugar de instalación del
aparato, respetar los puntos siguientes:
El cable de alimentación 12 V que conec-
ta la batería y el amplificador debería ser
lo más corto posible; es preferible utilizar
cables de altavoz más largos y un cable
de alimentación más corto.
El cable de masa que conecta el amplifi-
cador al chasis del vehículo debe también
ser lo más corto posible.
Para permitir una evacuación correcta del
calor generado por el amplificador, vigilar
en asegurarse que existe una buena ven-
tilación.
A causa de las fuerzas durante el frenaje,
puede transformarse en proyectil peli-
groso, vigilar en fijarlo correctamente en
un sitio mecánicamente estable.
Los fusibles y los ajustes deben tener fácil
acceso.
Para el montaje usar los 4 agujeros al disi-
pador de calor. Montar el amplificador al
sitio apropiado fijando los 4 tornillos entre-
gados.
6 Conexiones
La conexión del amplificador al sistema
eléctrico del coche debe solamente efec-
tuarse por un técnico debidamente espe-
cializado.
De volledige aansluiting vindt u terug op
pagina 3:
Figuur 3 4-kanaalwerking
Figuur 4 3-kanaalwerking voor twee breed-
band- resp. satellietluidsprekers
en een subwoofer
Figuur 5 2-kanaalwerking (zowel kanalen
1 en 2 als 3 en 4 in brugwerking)
6.1 Voedingsspanning
6.1.1 De RMT-aansluiting (12)
De eindversterker van de auto-installatie
wordt in- en uitgeschakeld door een voe-
dingsspanning van +12 V aan de RMT-
aansluiting. Verbind de RMT-aansluiting met
de 12 V-uitgang van de autoradio (aansluit-
ing voor een motorantenne, eventueel in
parallelschakeling met de motorantenne).
Indien de autoradio niet over een 12 V-
uitgang beschikt, moet de RMT-aansluiting
via het startcontact of via een afzonderlijke
schakelaar met +12 V gevoed worden.
6.1.2 De +12 V-aansluiting (13)
Verbind de aansluiting +12 V via een kabel
met een doorsnede van minstens 10 mm
(bv. CPC-100/RT van CARPOWER) met de
positieve klem van de autobatterij. Om een
kortsluiting op de nieuwe 12 V-kabel te ver-
mijden, moet u een zekering van 40 A kortbij
de batterij in de kring schakelen (figuur 3 – 5).
Voor de stabilisering van de bedrijfsspan-
ning aan de eindversterker en de hiermee
gepaard gaande rendementsverhoging en
klankverbetering wordt een Power-conden-
sator aanbevolen (bv. CPS-500 of CPS-
1000 van CARPOWER).
Para evitar cualquier cortocircuito a la
hora de instalarlo, y así cualquier posible
daño, desatornillar el borne negativo de la
batería del automóvil.
Colocar los cables necesarios de tal ma-
nera que su aislamiento no sea dañado.
Encontrará en el esquema 4 el conjunto de
conexiones:
esquema 3 modo 4 canales
esquema 4 modo 3 canales para dos alta-
voces satélite o dos altavoces
larga banda y un subwoofer
esquema 5 modo 2 canales (canales 1 y 2
así como 3 y 4 en modo puente)
6.1 Alimentación
6.1.1 Conexión RMT (12)
El amplificador está conectado/parado por
una tensión de +12 V en el borne RMT.
Conectar el borne RMT a la salida 12 V del
autorradio (conexión para una antena moto-
rizada, conectar eventualmente en paralelo
a la antena).
Si el autorradio no tiene salida 12 V, debe
aplicarse una tensión +12 V al borne RMT a
partir de la llave de contacto o de un inter-
ruptor separado.
6.1.2 Conexión +12 V (13)
La conexión +12 V al borne positivo de la
batería del coche debe efectuarse mediante
un cable de sección 10 mm
2
(p. ej. CARPOWER CPC-100/RT); para
proteger el nuevo cable 12 V de cualquier
cortocircuito, debe insertarse un fusible
NL
B
2
E
como mínimo
15

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis