Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Boiler Hydraulisch Aansluiten; Veiligheidsklep Inbouwen (Bouwzijdig); Warmwatertemperatuurvoeler Monteren; Inbedrijfname - Buderus SM 200/5 Installations- Und Wartungsanleitung Für Den Fachhandwerker

Inhaltsverzeichnis

Werbung

6

Inbedrijfname

5.2.1 Boiler hydraulisch aansluiten

Installatievoorbeeld met alle aanbevolen ventielen en kranen
(
afb. 12, pagina 69).
B Installatiemateriaal gebruiken dat tot 160 °C (320 °F) hittebestendig
is.
B Er mogen geen open expansievaten worden gebruikt.
B Bij drinkwater-verwarmingsinstallaties met kunststof leidingen meta-
len koppelingen gebruiken.
B Aftapleiding conform de aansluiting dimensioneren.
B Bouw geen bochten in de aftapleiding in, anders kan de installatie niet
goed gespuid worden.
B Oplaadleidingen zo kort mogelijk uitvoeren en isoleren.
B Bij gebruik van een terugslagklep in de aanvoerleiding naar de koud-
waterinlaat: veiligheidsklep tussen terugslagklep en koudwaterinlaat
inbouwen.
B Wanneer de rustdruk van de installatie hoger is dan 5 bar, een drukre-
duceer inbouwen.
B Alle niet gebruikte aansluitingen afsluiten.

5.2.2 Veiligheidsklep inbouwen (bouwzijdig)

B Bouwzijdig een typebeproefd, voor drinkwater toegelaten, veilig-
heidsklep (≥ DN 20) in de koudwaterleiding inbouwen (
pagina 69).
B Installatiehandleiding van het overstortventiel aanhouden.
B De uitblaasleiding van de veiligheidsklep moet in het tegen bevriezing
beschermde gebied via een ontwateringsplaats uitmonden, waarbij
de plaats vrij moet kunnen worden geobserveerd.
– De uitblaasleiding moet minimaal overeenkomen met de uitlaatdia-
meter van de veiligheidklep.
– De uitblaasleiding moet minimaal het debiet kunnen afblazen, die in
de koudwaterinlaat mogelijk is (
B Instructiebord met de volgende tekst op de veiligheidsklep aanbren-
gen "Uitblaasleiding niet afsluiten. Tijdens het verwarmen kan be-
drijfsmatig water ontsnappen."
Wanneer de rustdruk van de installatie hoger wordt dan 80 % van de aan-
spreekdruk van de veiligheidsklep:
B Drukreduceer voorschakelen (
Netdruk
Aanspreekdruk
(rustdruk)
veiligheidsventiel
≥ 6 bar
< 4,8 bar
5 bar
6 bar
5 bar
≥ 8 bar
6 bar
≥ 8 bar
7,8 bar
10 bar
Tabel 6 Keuze van een geschikte drukreduceer
5.3

Warmwatertemperatuurvoeler monteren

Monteer voor de meting en bewaking van de tapwatertemperatuur in de
boiler een tapwatertemperatuursensor in meetpunt [7] (voor het zonne-
systeem) en [3] (voor de warmtebron) (
B Monteer de tapwatertemperatuursensor (
erop, dat het sensoroppervlak over de gehele lengte contact heeft
met het dompelhulsvlak.
48
afb. 12,
tab. 4, pagina 46).
afb. 12, pagina 69).
Drukverminderaar
in de EU
buiten de EU
Niet nodig
max. 4,8 bar
Niet nodig
max. 5,0 bar
niet nodig
max. 5,0 bar
niet nodig
afb. 4 , pagina 66)
afb. 13, pagina 69). Let
6
Inbedrijfname
OPMERKING: Schade aan de installatie door overdruk.
Door overdruk kunnen spanningsscheuren in de emaille-
ring ontstaan.
B Uitblaasleiding van de veiligheidsklep niet afsluiten.
B Alle modules en accessoires conform de instructies van de leverancier
in de technische documenten in bedrijf stellen.
6.1

Boiler in bedrijf stellen

Voer een lekdichtheidstest van de boiler uitsluitend met
water uit.
De testdruk mag aan de tapwaterzijde maximaal 10 bar (150 psi) over-
druk zijn.
B Leidingen en boiler voor de inbedrijfstelling grondig doorspoelen
(
afb. 15, pagina 70).
6.2

Eigenaar instrueren

WAARSCHUWING: Verbrandingsgevaar aan de tappun-
ten van het tapwater!
Tijdens de thermische desinfectie en wanneer de tapwa-
tertemperatuur is ingesteld boven 60 °C, bestaat ver-
brandingsgevaar aan de tapwaterpunten.
B Wijs de eigenaar erop, dat hij alleen gemengd water
gebruikt.
B Werking en gebruik van de cv-installatie en de boiler uitleggen en op
veiligheidstechnische aspecten wijzen.
B Werking en controle van de veiligheidklep uitleggen.
B Overhandig alle bijbehorende documenten aan de gebruiker.
B Aanbeveling voor de eigenaar: inspectie- en onderhoudscontract
met een erkend installateur afsluiten. Onderhoud de boiler conform
de gegeven onderhoudsintervallen (
jaarlijks een inspectie uit.
B Wijs de eigenaar op de volgende punten:
– Bij opwarmen kan water uit de veiligheidsklep ontsnappen.
– De uitblaasleiding van de veiligheidsklep moet altijd open worden
gehouden.
– Onderhoudsintervallen moeten worden aangehouden (
pagina 49).
– Aanbeveling bij vorstgevaar en kortstondige afwezigheid van
de eigenaar: boiler in bedrijf laten en de laagste watertemperatuur
instellen.
tab. 7, pagina 49) en voer
tab. 7,
SM 200/5 – 6 720 801 709 (2012/08)

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis