Unify OpenStage 15 Installations- Und Kurzanleitung Seite 12

Installatie
Installatie
Zie hiervoor het betreffende toestel in de appendix.
Voormontage van de telefoon
1. Steek de steker aan het lange uiteinde van het hoornspiraalsnoer in de connector
de onderzijde van het toestel en voer de kabel door de geleidingssleuf.
2. Steek de steker aan het korte uiteinde van het spiraalsnoer in de connector op de hoorn.
3. Breng op de meegeleverde sticker de telefoonnummers voor brandweer
en politie aan, alsmede uw eigen telefoonnummer en plak hem op de toe-
stelbehuizing onder de hoorn (zie pijl).
Installatie op de plaats van gebruik
Plaats van installatie
• Het gebruik van een SIP/HFA- telefoon is alleen toegestaan met LAN-bekabeling voor bin-
nenshuis. Het apparaat moet op de IP-infrastructuur worden aangesloten met een bescher-
mende LAN-kabel:
Cat-5 voor 100 Mb/s of Cat-6 voor 1000 Mb/s. De LAN-bekabeling van het gebouw moet ga-
randeren dat de bescherming van deze kabel geaard is.
• Het toestel is gemaakt voor gebruik binnen afgeschermde ruimtes, met een temperatuurbe-
reik van 5 °C tot 40 °C.
• Het opstellen binnen een ruimte met een hoge stofontwikkeling kan de levenduur van het
toestel beïnvloeden.
• Plaats het toestel niet in direct zonlicht of bij/naast andere warmtebronnen. Dit kan tot be-
schadiging van de elektrische onderdelen of van de behuizing leiden.
• Plaats het toestel niet in badkamers of doucheruimtes!
Installatie van de bedrading - SIP/HFA-telefoon
1. Steek de LAN-kabel in de connector
2. Beschikt uw LAN niet over PoE (Power over Ethernet) - informeer bij de servicetechnicus
of de beheerder - dan is een netadapter noodzakelijk.
Steek de steker van de netadapter in de connector
Om schade aan het toestel te voorkomen, dient u de volgende instructies zorgvuldig na
te leven:
De netadapter mag alleen worden aangesloten op de met
3. Als er een Key Module aanwezig is, sluit u deze aan op de contactbus
van de telefoon.
Daarmee is het toestel klaar voor gebruik.
Wanneer voor de juiste werking van het toestel nog aanvullende instellingen noodzakelijk zijn,
neem dan contact op met de servicetechnicus of de beheerder.
Installatie van de bedrading - TDM-telefoon
1. Steek de U -kabel in de connector
P0/E
2. Als er een Key Module aanwezig is, sluit u deze aan op de contactbus
van de telefoon.
Daarmee is het toestel klaar voor gebruik.
Wanneer voor de juiste werking van het toestel nog aanvullende instellingen noodzakelijk zijn,
neem dan contact op met de servicetechnicus of de beheerder.
12
aan de onderzijde van het toestel.
aan de onderzijde van het toestel.
aan de onderzijde van het toestel.
gemarkeerde connector.
aan de onderkant
aan de onderkant
aan