Inhaltsverzeichnis
Werbung
Wacht ongeveer 15 minuten alvorens de
luchtbevochtiger aan te zetten. In deze
tussentijd kan het water door de filter (6) in
de waterkamer (7) stromen.
HOE GEBRUIK IK MIJN
LUCHTBEVOCHTIGER?
1.
Ga eerst na of de watertank (3) gevuld is
en de filter (6) correct geïnstalleerd is.
2.
Controleer of de AAN/UIT-knop (12) in de
stand UIT (Off) staat. Steek de stekker in het
stopcontact. Neem de voedingskabel nooit
met natte handen vast.
3.
Draai de AAN/UIT-knop (12) in wijzerzin
tot in de gewenste stand. Het AAN/
UIT-lampje (13) licht nu op. Om de
hoeveelheid waternevel te verhogen, draait
u de AAN/UIT-knop (12) in wijzerzin. Om
de hoeveelheid waternevel te verlagen,
draait u de AAN/UIT-knop (12) in
tegenwijzerzin.
4.
Richt de nevelsproeikop (1) nooit
rechtstreeks op mensen, voorwerpen of
muren.
5.
Bij gebruik van een luchtbevochtiger in
gesloten of kleine ruimtes kan het teveel aan
vloeistof b.v. op meubelen, muren of
vloerbedekking neerslaan. Indien dit het
geval is, draait u de AAN/UIT-knop (12) in
tegenwijzerzin om de nevelhoeveelheid te
verminderen en opent u de deur van de
kamer. Indien het probleem aanhoudt, zet u
de AAN/UIT-knop (12) in de stand UIT (Off)
en trekt u de stekker uit het stopcontact.
6.
Alvorens de luchtbevochtiger te verplaatsen
of de watertank (3) te vullen, draait u de
AAN/UIT-knop (12) in de stand UIT (Off) en
trekt u de stekker uit het stopcontact.
REINIGING, ONDERHOUD EN
OPBERGING
Wij raden u aan de luchtbevochtiger vaak te
reinigen. Respecteer de hiernavolgende
aanwijzingen voor de reiniging, het onderhoud
en de opberging van uw luchtbevochtiger. Enkel
zo zal uw luchtbevochtiger optimaal blijven
werken.
Dagelijkse reiniging
1.
Alvorens met de reiniging te beginnen, zet
u de AAN/UIT-knop (12) in de stand UIT
(Off) en trekt u de stekker uit het stopcontact.
NEDERLANDS
2.
Verwijder de sproeikop (1) uit de watertank
(3) en neem de watertank (3) uit het
bodemelement (11).
3.
Neem de filter (6) uit het bodemelement
(11). De filter (6) mag niet gereinigd of
gewassen worden. Probeer nooit de
waterpeilsensor (9) te verwijderen of de
sensorhouder te wijzigen. De minste
aanraking kan dit gevoelige onderdeel
beschadigen.
4.
Giet het water in het bodemelement (11)
uitsluitend via de zijde tegenover de
waterpeilsensor (9) uit het bodemelement
(11) en let erop dat er geen water in de
luchtmond (8) terechtkomt.
5.
Draai de afsluitdop (4) van de watertank
(3) in tegenwijzerzin open. Verwijder het
resterende water.
6.
Spoel de binnenzijde van de watertank (3)
grondig met lauw water.
7.
Reinig de buitenzijde van de watertank (3)
met een zachte, vochtige doek.
8.
Om de luchtbevochtiger opnieuw in gebruik
te nemen, verwijzen we u naar de
aanwijzingen in de hoofdstukken „Hoe vul
ik de watertank?" en „Hoe gebruik ik mijn
luchtbevochtiger?".
Wekelijkse reiniging
1.
Alvorens met de reiniging te beginnen, zet
u de AAN/UIT-knop (12) in de stand UIT
(Off) en trekt u de stekker uit het stopcontact.
2.
Verwijder de sproeikop (1) uit de watertank
(3) en neem de watertank (3) uit het
bodemelement (11).
3.
Neem de filter (6) uit het bodemelement
(11). De filter (6) mag niet gereinigd of
gewassen worden. Probeer nooit de
waterpeilsensor (9) te verwijderen of de
sensorhouder te wijzigen. De minste
aanraking kan dit gevoelige onderdeel
beschadigen.
4.
Giet het water in het bodemelement (11)
uitsluitend via de zijde tegenover de
waterpeilsensor (9) uit het bodemelement
(11) en let erop dat er geen water in de
luchtmond (8) terechtkomt.
5.
Draai de afsluitdop (4) van de watertank
(3) in tegenwijzerzin open. Verwijder het
resterende water.
6.
Reinig de binnenzijde van de watertank (3)
met een in de handel verkrijgbaar
20
Werbung
Inhaltsverzeichnis
