Bedieningspaneel
Hier krijgt u een overzicht van het bedieningspaneel. De
uitvoering hangt van het type apparaat af.
Toelichting
1
Schakelaar voor de gasbrander (functiekeuzeknop)
2
Multifunctieknop
3
Ontstekingsknop
4
Fornuisschakelaar
Kookplaat
Hier krijgt u een overzicht van het bedieningspaneel. De
uitvoering hangt van het type apparaat af.
Toelichting
1
Vrijkomende stoom
Attentie!
Bij gebruik van de oven komt op deze plaats hete
stoom vrij
2
Normale brander
3
Normale brander
4
Extra krachtige brander
5
Spaarbrander
Kookzoneschakelaars
Met de vier kookzoneschakelaars kunt u het
verwarmingsvermogen van de kookzones instellen.
Standen
þ
Nulstand
—
Instelbereik
˜
Aan het einde van het instelbereik zit een aanslag. Niet verder
draaien.
Functie/gasfornuis
Fornuis is uitgeschakeld.
Grote vlam = hoogste instelling
Spaarvlam = laagste instelling
Ontstekingsknop
Met deze knop wordt het elektronische ontstekingssysteem
geactiveerd.
Wanneer u op de knop drukt, worden alle aanstekers gelijktijdig
ontstoken.
Bakoven
Functiekiezer
De functiekiezer naar links draaien om de oventemperatuur in
te stellen, resp. naar rechts om de grillfunctie te selecteren.
Standen
ÿ
170-270
(
Verwarmingsvermogen van de onderste brander: 3 kW
Verwarmingsvermogen van de gasgrill: 2,1 kW
Toets lamp
Met deze toets wordt de ovenlamp ingeschakeld.
Om uit te schakelen de multifunctionele knop opnieuw
indrukken.
Functie
Nulstand
Oven niet heet.
Temperatuurbe-
Voor het bakken van gerech-
reik
ten in bakvormen, pizza op de
bakplaat, koekjes enz. toege-
past temperatuurberek in ºC.
Grillstand
Instelling van de grillbrander
voor het grillen bij maximale
temperatuur.
49