Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Milieubescherming; Problemen En Storingen - Metabo BAS 261 Precision Originalbetriebsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
nl
NEDERLANDS
Gevaar!
De behuizingsdeuren slechts sluiten, wanneer
de onderste zaagbandafdekking naar
achteren is geklapt.
14.Sluit beide deuren van de behuizing.
15.Vervolgens moet u:
– zaaglint spannen (zie hoofdstuk 8.2);
– zaaglint uitlijnen (zie hoofdstuk 10.2);
– lintgeleidingen instellen (zie hoofdstuk 10.3 en
10.4);
– de zaagmachine gedurende minstens één
minuut laten proefdraaien;
– de zaag uitschakelen, de netstekker uit het
stopcontact trekken en de instellingen
opnieuw controleren en indien nodig
aanpassen.
10.2 Zaaglint uitlijnen (loop vna het
zaaglint instellen)
Wanneer het zaaglint niet meer over het midden
van het rubberen loopvlak loopt, moet de
hellingshoek van het bovenste lintzaagwiel
bijgeregeld worden:
1. Draai de klemschroef (26) los.
2. Draai aan de instelschroef (27):
– Als het zaaglint meer naar de achterkant van
de zaag moet lopen: instelwiel (27) rechtsom
draaien.
– Als het zaaglint meer naar de voorkant van de
zaag moet lopen: instelwiel (27) linksom
draaien.
3. Draai de klemschroef (26) weer vast.
10.3 Bovenste lintgeleider uitlijnen
De bovenste lintgeleider bestaat uit:
– een steunrol (steunt het zaaglint achteraan),
– twee geleiderollen (geleiden het zaaglint aan
de zijkant).
Deze delen moeten na vervanging of uitlijning van
het zaaglint steeds opnieuw uitgelijnd worden:
Aanwijzing:
Controleer de rollen regelmatig op slijtage en
vervang indien nodig alle rollen tegelijk.
Steunrol instellen
1. Draai de schroef (29) voor de steunrol los.
2. Lijn de steunrol (28) uit (afstand steunrol
zaaglint = 0,5 mm – als het zaaglint met de
hand bewogen wordt, mag het niet in
aanraking komen met de steunrol).
3. Schroef (29) voor de steunrol weer vast
draaien.
Geleiderollen instellen
4. Schroef (31) voor de geleidingsrol los draaien.
5. Geleidingsrol (30) zo verschuiven, dat deze
een beetje tegen het zaaglint aan komt.
6. Schroef (31) voor de geleidingsrol weer vast
draaien.
7. Eveneens de geleidingsrol aan de andere kant
van het zaaglint uitlijnen.
10.4 Onderste lintgeleider uitlijnen
De onderste lintgeleider bestaat uit:
– een steunrol (steunt het zaaglint achteraan),
– twee geleiderollen (geleiden het zaaglint aan
de zijkant).
Deze delen moeten na vervanging of uitlijnen van
het zaaglint uitgelijnd worden.
Aanwijzing:
controleer de steunrol en de geleidingsrollen
regelmatig op slijtage en vervang bij behoefte
beide geleidingsrollen gelijktijdig.
Voorbereiding
1. Onderste behuizingsdeur en onderste
zaaglintbescherming (7) openen.
Steunrol instellen
1. Draai de schroef (33) voor de steunrol los.
26
2. Lijn de steunrol (32) uit (afstand steunrol
zaaglint = 0,5 mm – als het zaaglint met de
hand bewogen wordt, mag het niet in
aanraking komen met de steunrol).
3. Schroef (33) voor de steunrol weer vast
draaien.
Geleiderollen instellen
4. Schroef (35) voor de geleidingsrol los draaien.
5. Geleidingsrol (34) zo verschuiven, dat deze
een beetje tegen het zaaglint aan komt.
6. Schroef (35) voor de geleidingsrol weer vast
draaien.
7. Eveneens de geleidingsrol aan de andere kant
van het zaaglint uitlijnen.
8. Onderste zaaglintbescherming (7) sluiten.
9. Sluit de onderste deur van de behuizing.
10.5 Kunststofvoeringen vervangen
De kunststof voeringen van de zaaglintrollen
regelmatig controleren op slijtage. De
kunststofvoeringen moeten steeds tegelijk
vervangen worden:
1. Het zaaglint verwijderen (zie hoofdstuk 10.1).
2. Steek een kleine schroevendraaier onder de
kunststofvoeringen en verwijder deze.
3. Breng de nieuwe kunststofvoeringen aan en
monteer het zaaglint.
10.6 Tafelinlegprofiel vervangen
Het tafelinlegprofiel (11) moet worden vervangen,
als de zaaggleuf is beschadigd.
1. Schroeven van het tafelinlegprofiel losdraaien.
2. Tafelinlegprofiel verwijderen.
3. Nieuw inlegprofiel plaatsen.
4. Schroeven van het tafelinlegprofiel
vastdraaien.
10.7 Zaag schoonmaken
1. Open de onderste deur van de behuizing.
2. Verwijder zaagsel en stof met borstel of
stofzuiger:
– binnenkant van de onderste behuizing;
– zaagbandgeleiding;
– bedieningselementen.
10.8 Zaag bewaren
Gevaar!
Berg de zaagmachine steeds op
– waar onbevoegden ze niet kunnen
inschakelen en
– waar niemand zich eraan kan bezeren ook
al is ze uitgeschakeld.
Opgelet!
De machine mag niet in openlucht of in een
vochtige ruimte opgeborgen worden.
11. Toebehoren
Gebruik alleen origineel Metabo toebehoor.
Gebruik alleen toebehoor dat voldoet aan de in
deze gebruiksaanwijzing genoemde eisen en
kenmerken.
A Lintzaagblad voor hout, kunststoffen, speciaal
ronde sneden
1712x6x0,36
B Lintzaagblad voor hout, kunststof - universele
sneden
1712x12x0,36
C Lintzaagblad voor non-ferro metalen,
kunststoffen, aluminium, hout
1712x12x0,36
D Cirkelzaaginstallatie (max. zaaghoogte
30 mm)
E Metabo alleszuiger en afzuigingen
F Rolonderstel RS 420
Compleet toebehorenprogramma, zie
www.metabo.com of de catalogus.
12. Reparatie
Gevaar!
Laat het elektrisch gereedschap alleen
repareren door gekwalificeerd en vakkundig
personeel en alleen met originele
reserveonderdelen. Hierdoor wordt
gewaarborgd, dat de veiligheid van het
elektrisch gereedschap behouden blijft.
Wanneer de stroomkabel van dit apparaat wordt
beschadigd, moet deze door een originele
Metabo-stroomkabel worden vervangen.
Neem voor elektrisch gereedschap van Metabo
dat gerepareerd dient te worden contact op met
uw Metabo-vertegenwoordiging. Zie voor
adressen www.metabo.com.
Lijsten met reserveonderdelen kunt u via
www.metabo.com downloaden.

13. Milieubescherming

Neem de nationale voorschriften in acht voor een
milieuvriendelijke verwijdering en de recycling van
afgedankte machines, verpakkingen en
toebehoren.
Alleen voor EU-landen: Geef uw elektrisch
gereedschap nooit met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake gebruikte elektrische en elektronische
apparaten en de vertaling hiervan in de nationale
wetgeving dienen oud elektrisch gereedschap
gescheiden te worden ingezameld en op
milieuvriendelijke wijze te worden afgevoerd.

14. Problemen en storingen

Hierna worden problemen en storingen
beschreven, die u zelf mag verhelpen. Als de hier
beschreven maatregelen niet verder helpen, kunt
u een kijkje nemen in hoofdstuk 12. "Reparatie".
Gevaar!
In combinatie met problemen en storingen
gebeuren bijzonder vaak ongelukken. Neem
daarom het volgende in acht:
 Trek iedere keer voordat u een storing verhelpt
de stekker eruit.
 Nadat de storing verholpen is, moet u eerst de
goede werking van alle
veiligheidsvoorzieningen controleren.
De motor draait niet
De deuren van de behuizing zijn met een
deurzekering uitgerust. Deze schakelt de motor
uit, wanneer een behuizingsdeur bij
ingeschakelde zaag wordt geopend.
– De deuren van de behuizing moeten
gedurende het bedrijf zijn gesloten.
Het minimumspanningsrelais staat op, "uit"
vanwege een tijdelijke stroomonderbreking.
– Opnieuw inschakelen.
Er is geen spanning.
– Controleer het snoer, de stekker, en de
zekeringen.
Motor oververhit, bijv. door stomp zaaglint of
zaagselophoping in de behuizing:
– Oorzaak van de oververhitting verwijderen,
enkele minuten laten afkoelen en daarna
opnieuw inschakelen.
0909057175
Het zaaglint loopt uit de snijlijn of glijdt van de
geleider.
Het zaaglint loopt niet over het midden van de
0909057183
aandrijfwielen:
– Verstel de hoek van het bovenste
lintzaagrollen (zie hoofdstuk 10.2).
0909057191
Het zaaglint breekt
De zaaglintspanning is niet correct:
631327000
– Corrigeer de zaaglintspanning (zie hoofdstuk
8.2).
(zie catalogus)
Te zware belasting:
0910053353
– Verminder de druk op het zaaglint.
Verkeerd zaaglint:

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis