Hamlap, 1 kg
1)
Verwarm het apparaat voor totdat de ingestelde temperatuur wordt bereikt. Gebruik geen functies: Snel opwar‐
men.
2)
Gebruik bakpapier.
3)
Plaats de bakplaat met de helling naar de deur.
4)
Verwarm het lege apparaat 10 min voor. Gebruik geen functies: Snel opwarmen.
5)
Draai het vlees halverwege de bereidingstijd om.
6)
Gebruik de bakplaat om druppelende vloeistoffen op te vangen en plaats deze op de eerste rekpositie met de
helling naar de ventilatorafdekking.
7)
Plaats het voedsel in de glazen schaal en voeg 200 ml water toe.
11. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
11.1 Opmerkingen over de reiniging
Reinigingsmiddelen
• Reinig de voorkant van het apparaat
uitsluitend met een microvezeldoek met
warm water en een mild reinigingsmiddel.
• Gebruik een reinigingsoplossing om
metalen oppervlakken te reinigen.
• Reinig vlekken met een mild
reinigingsmiddel.
Dagelijks gebruik
• Reinig na elk gebruik de binnenkant van
het apparaat. Vetophoping of andere
resten kunnen brand veroorzaken.
• Bewaar voedsel niet langer dan 20
minuten in het apparaat. Droog de
binnenkant van het apparaat na elk
gebruik alleen met een microvezeldoek.
Accessoires
• Reinig alle accessoires na elk gebruik en
laat ze drogen. Gebruik alleen een zachte
doek met warm water en een mild
reinigingsmiddel. De accessoires niet in
de afwasmachine reinigen.
• Reinig de antiaanbakaccessoires niet met
agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
voorwerpen.
Circulatiegrill
7)
Bakrooster
11.2 Verwijderbare inschuifrails
Verwijder de inschuifrails om het apparaat te
reinigen.
1. Schakel het apparaat uit en wacht tot het
is afgekoeld.
2. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit de
zijwand.
3. Trek de geleider bij de achterkant uit de
zijwand en verwijder het.
1
4. Plaats de inschuifrails in omgekeerde
volgorde.
11.3 Pyrolytische reiniging
WAARSCHUWING!
Er bestaat gevaar voor brandwonden.
LET OP!
Als er andere apparaten in dezelfde kast
zijn geïnstalleerd, gebruik deze dan niet
tijdens deze functie. Dit kan de oven
beschadigen.
2
170
2
NEDERLANDS
110 - 130
21