Gardena V1 Betriebsanleitung Seite 14

2. MONTAGE
Een video over
montage van de
ventielbox V3
vindt u hier:
Aanwijzing: Alle onderdelen alleen met de hand zonder gereed­
schap vastdraaien.
(Afb. 1) Vet alle O-ringen en metalen fixatiebeugels in met bijgaand
siliconenvet.
(Afb. 2.1) Het verdeelstuk (C) heeft drie aansluitmogelijkheden. Draai
afsluitdoppen (D) op de ongebruikte ingangen van het verdeelstuk.
(Afb. 2.2 – 2.5) Steek verdeelstuk en aansluitingen (G) in de box en
schroef ze vast met de moeren (E). Breng de afwateringsdop (F) aan.
(Afb. 3) Steek de lange telescoopbuis (I) in de aansluiting aan uit-
gangszijde (fixatiebeugel naar boven).
(Afb. 4) Draai de korte telescoopbuis (J) in de ingangszijde van het
ventiel. De pijlen op het ventiel geven de doorstroomrichting aan.
(Afb. 5.1) Steek het ventiel met de korte telescoopbuis in de ingangs-
zijde van de box.
(Afb. 5.2) Draai de lange telescoopbuis (I) in de uitgangszijde van het
ventiel.
(Afb. 5.3 + 5.4) Druk de fixatiebeugel naar beneden. Draai de tele-
scoopbuizen eventueel verder naar binnen tot de beugels met geringe
weerstand naar beneden gaan.
(Afb. 6) Steek een korte telescoopbuis (J) in de open verdeelstukuit-
gang van doorgangen die eventueel niet worden gebruikt.
(Afb. 7) Leg een laag grof grind onder de ventielbox en installeer deze
op gelijk niveau met de grasnerf.
V1: min. 20 x 30 x 10 cm; V3: min. 35 x 30 x 10 cm
(Afb. 8) Gebruik passende verbindingsstukken, volgens de afbeelding,
om meerdere ventielboxen met elkaar te verbinden.
Tip: Schroef meerdere ventielboxen naast elkaar op een houten
plank en zet ze zo vast.
(Afb. 9) Steek de contactstrip (N) in de houder.
3. OPBERGEN
Buitenbedrijfstelling / Overwinteren:
Om beschadiging van het beregeningsventiel te
voorkomen moeten – in het bijzonder voor de vorstperiode
– de volgende maatregelen genomen worden:
1. Waterkraan sluiten en verbindingsslang tussen waterkraan en
GARDENA Aansluitdoos art. 2722 losmaken.
Daarmee kan lucht nastromen.
2. Bij directe aansluiting van de besproeiingsinstallatie aan het huiswater-
net de watertoevoer uitzetten en aftapkraan in het huiswaternet open-
zetten.
3. De keuzehendels (afb. 12) van alle ventielen op stand "ON" zetten.
16
GAR_01254-20.960.20_2023.11.30.indd 16 GAR_01254-20.960.20_2023.11.30.indd 16
Een video over
inbouw van de
ventielen vindt
u hier:
4. Beregeningsventiel / Ventielbox leegmaken.
5. Batterij uit de besturingsmodule halen.
6. Schachtdeksel vergrendelen (afb. 13.3).
(Afb. 10) Aansluiting van 1 ventielbox V3 met 3 24V-ventielen:
• Markeer de ventielen met de genummerde gele stickers (1 – 15) om
ze beter te kunnen toewijzen.
• Strip de enkelvoudige draden van de verbindingskabel (7 x 0,5 mm
art. 1280) en verbind deze met de klemmen 1, 2, 3 op de besproei-
ingsbesturing en van de ventielbox V3. Verbind nog een enkelvou-
dige draad met de klem (C) op de besproeiingsbesturing en met de
ventielbox V3.
• Verbind telkens een draad van ventiel 1, 2 en 3 met de
klemmen 1, 2, 3 van de ventielbox. Verbind de tweede draad van de
ventielen met de klemmen (C) in de ventielbox.
Aansluiting van een tweede ventielbox V3 met 3 ventielen:
• Verbind de draden met de klemmen 4, 5, 6 op de besproeiingsbe-
sturing en met de eerste ventielbox V3.
• Verbind telkens een draad van ventiel 4, 5 en 6 met klem 4, 5 en 6
van de tweede ventielbox. Verbind de tweede draad van de ventielen
4, 5, 6 met de klemmen (C) in de tweede ventielbox.
• Verbind de klemmen 4, 5, 6 en C van de eerste ventielbox met een
kort stuk draad met de klemmen 4, 5, 6 en C van de tweede ventiel-
box.
(Afb. 11) Schuif beschermkapje (O) over de contactstrip (N) en
schroef dit vast met de beide schroeven (M).
(Afb. 12) Ventielbesturing instellen:
Volautomatische besturing:
• Zet de keuzehendel op "AUTO / OFF".
Programmagestuurde waterdoorstroming naar de besproeiingsinstal-
latie na programmering door besproeiingsbesturing.
Een automatisch geopend ventiel kan niet handmatig op het
ventiel worden gesloten.
Handmatige besturing:
• Zet de keuzehendel op "ON" zetten.
Permanente waterdoorstroming, onafhankelijk van de programme-
ring.
(Afb. 13) Als diefstalbeveiliging kan het deksel met een klein hangslot
of kabelslot (niet inbegrepen) worden afgesloten.
Daartoe zijn er de volgende mogelijkheden:
• Installatie met perslucht leegblazen.
• Alle ventielen uitbouwen en vorstvrij opbergen.
• Bij ventielbox V3 de ontwateringskap (F) openen en detvoe­
voerleiding leegmaken. Voor zover de leidingen vanaf de ven­
tielbox V3 via een ontwateringsventiel (bijv. in de GARDENA
verzonken sproeiers), dat niet hoger dan het beregeningsven­
tiel aangebracht is, leeggemaakt wordt, kunnen de berege­
ningsventielen in de ventielbox gemonteerd blijven.
,
2
30.11.23 13:53 30.11.23 13:53