Transport; Montage; Opstellingsruimte; Installatie - Bosch CS 750 Installations- Und Wartungsanleitung

• EU-verordening en richtlijnen
– Richtlijn 2010/30/EU
– EU-verordening 811/2013 en 812/2013
4

Transport

WAARSCHUWING:
Gevaar voor letsel door dragen van zware lasten en ondeskundige
beveiliging bij het transport!
▶ Geschikte transportmiddelen gebruiken.
▶ Boiler beveiligen tegen vallen.
▶ Transporteer de boiler met een hefwagen of een vorkheftruck
( afb. 6, pagina 78).
5

Montage

5.1

Opstellingsruimte

OPMERKING:
Schade aan de installatie door onvoldoende draagkracht van het op-
stellingsoppervlak of door een niet geschikte ondergrond!
▶ Waarborgen dat het opstellingsoppervlak vlak is en voldoende draag-
kracht heeft.
▶ Stel de boiler in een droge en vorstvrije binnenruimte op.
▶ Plaats de boiler op een sokkel wanneer het gevaar bestaat, dat op de
opstellingsplaats water op de vloer kan druppelen.
▶ Respecteer de minimale afstanden in de opstellingsruimte
( afbeelding 7, pagina 78).
De boiler is voor het transport met drie bouten op de plaat vastgezet.
Deze bouten dienen tevens als stelpootjes voor de plaatsing.
▶ Nadat de boiler van de plaats is verwijderd, de bouten weer in de boi-
ler draaien.
5.2

Installatie

5.2.1

Opstelling en montage

De boiler wordt in twee verpakkingseenheden geleverd.
 afb. 6, pagina 78:
▶ Stel de boiler op en lijn deze uit door verdraaien van de voeten hori-
zontaal uit.
▶ Schuif de onderste zachtschuimisolatie met gaten voor de voeten on-
der de boiler.
 afb. 9, pagina 78:
▶ Plaats de twee manteldelen met zachtschuimisolatie op de voorzijde
[1].
▶ Klik de afsluitstrook in het eerste niveau vast.
▶ Plaats de manteldelen op de achterzijde [2] en klik de afsluitstrook in
het eerste niveau vast.
▶ Sluit de afsluitstrook aan de voorzijde [1] geheel.
▶ Plaats de manteldelen op de achterzijde [2] en door vastklikken in
het passende niveau naspannen.
▶ Steek de afdekstroom voor op [3].
▶ Steek het rechthoekig element [4] of als optie digitale thermometer
in de uitsparing van de afdekstrook.
CS 750 – 6720872568 (2017/06)
 afb. 8, pagina 78:
▶ Monteer de aansluitbuizen voor interne boiler:
– Aansluitbuis warm water
– Aansluitbuis koud water
– Aansluitbuizen (VH en RH
SP
– Verwijder eventueel de dop voor de circulatieaansluiting en mon-
teer de circulatiebuis ZL 103 (toebehoren).
▶ Plak de typeplaat met aansluitspecificaties in het aansluitbereik.
▶ Plak de tweede meegeleverde typeplaat en de onderhoudsplaat goed
zichtbaar op de mantel.
OPMERKING:
Waterschade!
▶ Verwijder voor het vullen van de boiler de dop van de aftapaansluiting
en monteer een bouwzijdige aftapping voor de externe cv-waterzijde
van de boiler.
▶ Monteer op de KW-aansluiting een bouwzijdige aftapping voor de in-
terne boiler.
▶ Schuif de thermometer (toebehoren) in de dompelhuls.
▶ Installeer de aansluitkabel van de boilertemperatuursensor op de
achterzijde van de boiler door de zachtschuimisolatie naar de cv-ke-
tel ( afb. 10 [1+2], pagina 79).
▶ Schuif de temperatuursensor T
dompelhuls en de temperatuursensor T
middelste dompelhuls ( afb. 10 [3], pagina 79).
▶ Sluit bouwzijdig de boileraansluitingen aan.
▶ Ontlucht de boiler bij het vullen via het ontluchtingsventiel aan de bo-
venzijde van de boiler ( afb. 3 [8], pagina 76).
▶ Plaats de bovenste zachtschuimisolaties en de afdekking (kunststof).
Let daarbij op de volledige warmte-isolatie van de boiler.
5.2.2

Boileraansluitingen

OPMERKING:
Beschadiging van niet-hittebestendige installatiematerialen (bij-
voorbeeld kunststof leidingen)!
▶ Gebruik ≥ 80 °C hittebestendig installatiemateriaal.
▶ In het solarcircuit zijn hogere temperaturen mogelijk. Kies het instal-
latiemateriaal conform van de installatiehandleiding van de vlakke
collectoren.
Voorkomen van warmteverlies door eigen circulatie:
▶ Monteer in alle boilerkringen terugslagkleppen of terugslagkleppen
met terugstroomblokkeringen.
-of-
▶ Buizen die rechtstreeks op de boiler worden aangesloten, zodanig
uitvoeren dat eigencirculatie niet mogelijk is.
▶ Monteer de aansluitleidingen zonder mechanische spanningen.
5.2.3

Aansluiting van de drinkwaterzijdige naverwarming

▶ Sluit de aanvoer en retour aan van de bovenste verwarmingsslangen
zoals gemarkeerd.
Daardoor wordt een gelijkmatige boilervulling in de bovenkant van de
boiler gerealiseerd.
▶ Vulleidingen zo kort mogelijk uitvoeren en goed isoleren.
Daardoor worden onnodige drukverliezen en het afkoelen van de boi-
ler door natuurlijke circulatie voorkomen.
▶ Plaats op de hoogste positie tussen boiler en cv-toestel, ter vermij-
ding van storingen door luchtinsluiting, een doeltreffende ontluch-
ting (bijvoorbeeld manuele ontluchter).
Transport
) voor bovenste verwarmingsslang
SP
van de solarregelaar in de onderste
2
van de solarregelaar in de
3
27