Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Batterijen/accu's moeten uit de buurt van kinderen worden gehouden. Laat batterijen/accu's

niet rondslingeren omdat het gevaar bestaat dat kinderen en/of huisdieren ze inslikken.
Alle (herlaadbare) batterijen moeten op hetzelfde moment worden vervangen. Het door

elkaar gebruiken van oude en nieuwe batterijen/accu's in het apparaat kan leiden tot
batterijlekkage en beschadiging van het apparaat.
Batterijen/accu's mogen niet worden ontmanteld, kortgesloten of verbrand. Laad nooit niet-

oplaadbare batterijen op. Er bestaat explosiegevaar!

6 Productoverzicht

6.1 Ventilator
1
2
3
1 8x schroeven (KA3)
5 4 x schroeven (TM5)
2 Beschermend rooster
6 Beschermend rooster
voorkant
achterkant
3 Kap van het blad
7 Motoras
4 Ventilatorbladen
8 Motorbehuizing
6.2 Afstandsbediening en bedieningspaneel
a
e
b
d
c
E
D
C
Afstandsbediening
a. Aan-/uitknop
b. Snelheidsknop
c. Oscillatieknop
d. Timerknop
e. Modus schakelaar-knop
7 De batterijen in de afstandsbediening plaatsen
1. Open het deksel van het batterijvak aan de achterzijde van de afstandsbediening.
2. Plaats de nieuwe batterijen (2x 1,5 V AAA batterijen, niet inbegrepen), volgens de + en -
polen aangegeven in het batterijvak.
3. Sluit het klepje van het batterijvakje.
4
5
6 7
9 Bevestigingsgaten
10 Bedieningspaneel
11 Afstandsbediening
Bedieningspaneel
A. Aan-/uitknop
B. Snelheidsknop
C. Timerknop
D. Oscillatieknop
E. Display
8 De ventilator monteren
1. Koppel het product los van het stopcontact.
2. Houd het beschermend rooster aan de achterkant (6) vast aan de greep aan de bovenkant
en naar achteren gericht. Breng het beschermend rooster aan de achterkant aan op de
motoras (7). Zorg ervoor dat het goed is uitgelijnd met de voorkant van de motorbehuizing
(8).
3. Draai de 4 schroeven (TM5*8) (5) aan het beschermend rooster aan de achterkant (6) vast
om de motorbehuizing te beschermen zoals afgebeeld.
4. Lijn het midden van de ventilatorbladen (4) uit met de 2 pennen op de motoras (7) en duw
deze naar binnen.
5. Draai de kap van het blad (3) op de motoras (7) door de kap tegen de klok in te draaien.
Draai de ventilatorbladen (4) een paar slagen met de hand om te controleren of ze goed
8
9
zijn uitgelijnd en soepel draaien.
6. Lijn het beschermend rooster aan de voorkant (2) uit met het beschermend rooster aan de
achterkant (6) en draai de 8 schroeven (KA3*8) (1) langs de rand vast.
9 De ventilator installeren
9.1 De montageplek kiezen
Installeer de ventilator op een vlakke, stevige en stabiele wand die sterk genoeg is om het
10

gewicht van de ventilator te dragen.
Installeer de ventilator op een veilige plek aan de muur. Installeer de ventilator niet direct

11
boven een bed, kinderbedje of soortgelijke locatie om het gevaar op ongelukken te
voorkomen.
De ventilator moet ten minste 210 cm boven de vloer worden geïnstalleerd.

9.2 De ventilator monteren
Zorg ervoor geen kabels of leidingen te beschadigen wanneer u de oppervlakte
penetreert (bijvoorbeeld tijdens het boren of het insteken van bevestigingen). Het
per ongeluk penetreren van elektriciteitskabels vormt een levensgevaarlijk risico op
elektrische schokken! Controleer op verborgen draden en leidingen voordat u begint
met boren of het insteken van bevestigingen.
40mm
Min. 210 cm
Afb. 1
VOORWAARDEN:
A
U heeft de volgende gereedschappen bij de hand: kruiskopschroevendraaier, boor en een
D
B
geschikt bitje, hamer en potlood.
U heeft montagemateriaal dat geschikt is voor het type wand.
D
1. Koppel het product los van het stopcontact.
2. Markeer de bevestigingsgaten op de wand (afb. 1).
3. Boor de gaten op de gemarkeerde posities met een diepte van ongeveer 30 mm. Het bitje
moet dezelfde diameter hebben als het keilanker als u in een gipsplaat of betonnen wand
boort, of kleiner dan de diameter van de schroef als u in een houten wand boort.
4. Als de wand van gipsplaat of beton is, duwt u de 2 keilankers (meegeleverd) in de gaten en
tikt u met een hamer voorzichtig op de ankers totdat ze evenredig zijn aan de wand (afb. 2).
5. Schroef de 2 bevestigingsschroeven (meegeleverd) in de gaten, waarbij u de schroefkoppen
2 mm buiten de wand laat om de ventilator op te hangen (afb. 2).
6. Plaats de 2 bevestigingsgaten (9) van de ventilator op de schroefkoppen en schuif
de ventilator naar beneden totdat hij veilig op zijn plek hangt (afb. 3). Draai de
bevestigingsschroeven indien nodig vast.
10 Gebruik
10.1 De ventilator aan-/uitzetten
VOORWAARDEN:
De ventilator is volledig gemonteerd en stevig aan de wand bevestigd.
D
1. Sluit het product aan op een geschikt stopcontact.
Opmerking: Stel de verticale hoek niet in als de ventilator is ingeschakeld, om schade
aan het product te voorkomen.
2. Duw de ventilatorkop omhoog of omlaag om de verticale hoek aan te passen.
3. Druk op de aan-/uitknop (a, A) om de ventilator aan de schakelen.
4. Druk op de snelheidsknop (b, B) om de gewenste snelheid te selecteren (LAAG/
GEMIDDELD/HOOG).
Het bijbehorende indicatielampje voor de snelheid gaat branden op het
Æ
bedieningspaneel.
2mm
Fig. 2
Afb. 3

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis