Inbedrijfstelling; Aansluitingen Tot Stand Brengen; Communicatie-Interfaces Installeren; Seriële Communicatie Instellen - Abicor Binzel EWR 2 Originalbetriebsanleitung

7 Inbedrijfstelling

7 Inbedrijfstelling
► Noteer de datum van de volgende onderhoudsbeurt op de sticker (datum van inbedrijfstelling of
onderhoudsbeurt plus één jaar).
 2.3 Symbolen voor waarschuwingen en opmerkingen op pagina NL-6

7.1 Aansluitingen tot stand brengen

 Afb. 3 Bedieningselementen en aansluitingen op pagina NL-10
Sluit de gastoevoer.
1
Knip de beschermgasslang met een slangknipper los op een geschikte plek en sluit deze aan op de
2
gastoevoer (K) en gasafvoer (F).
Bevestig de meetshunt aan de lasstroom- of massakabel.
3
Sluit de meetshunt op de aansluiting meetshunt (I) aan.
4
Breng de verbindingen van ethernet (G) en CANopen (H) tot stand (alleen bij EWR 2 Net).
5
 7.2 Communicatie-interfaces installeren op pagina NL-14
Draai de gastoevoer volledig open en controleer het geheel op lekkages. Draai de gastoevoer, indien
6
nodig, dicht en zie het volgende hoofdstuk: 11 Storingen en het verhelpen ervan op pagina NL-22

7.2 Communicatie-interfaces installeren

De seriële interface (aansluiting jackplug) dient voor de communicatie met het apparaat (EWR 2/
EWR 2 Net). De ethernetinterface is alleen bij de apparaatuitvoering EWR 2 Net beschikbaar en kan als
alternatieve communicatie-interface worden gebruikt.
7.2.1 Seriële communicatie instellen
Baudrate
Databits
Stopbits
Pariteit

7.2.2 Ethernetcommunicatie instellen

IP-adres, netwerkmasker en gateway
Poort
Protocol

7.2.3 Communicatiesyntaxis (serieel en ethernet)

 14 Omschrijving interfaces op pagina NL-24
Via de ethernet- en seriële interface worden dezelfde gegevens doorgegeven. Als via een interface een
gegevensrecord wordt opgevraagd, zendt het apparaat het antwoord terug via beide interfaces. Er mag
altijd slechts één interface worden gebruikt, omdat anders niet eenduidig kan worden toegewezen welk
antwoord bij welke aanvraag hoort. Het apparaat gedraagt zich na het inschakelen eerst passief: de
communicatie wordt van buitenaf gestart via commando's. Elk commando heeft een specifiek aantal
argumenten en het afsluitende [CR][LF] (Ascii: 0x0D 0x0A).
Commando's en argumenten Worden met spaties van elkaar gescheiden. Voor elk commando
Error 'err1'/'err2'/'err3'
NL - 14
115200 baud
8
1
Geen
 8.7 Submenu 4 Settings (Instellingen) op
pagina NL-20
2222
TCP/IPv4
wordt een antwoord verzonden. Het antwoord bestaat wederom uit
hetzelfde commando en een bepaald aantal argumenten en
[CR][LF]. Er zijn ook commando's die een antwoord van
meerdere regels hebben. Commando's van meerdere regels zijn
alleen via de seriële interface mogelijk, niet via ethernet.
Als het commando onbekend is of de bevoegdheid niet toereikend
is, wordt 'err1' teruggestuurd. Als het commando bestaat en de
bevoegdheid in orde is, maar is het aantal argumenten onjuist is,
wordt 'err2' teruggestuurd. Als het commando bestaat, de
bevoegdheid in orde is en het aantal argumenten juist is, maar de
waarde van de argumenten buiten de toegestane grenswaarden
ligt, wordt 'err3' teruggestuurd.
EWR 2/EWR 2 Net