Bauknecht BT 1090 BA Bedienungsanleitung Seite 42

FUNCTIES
1 3 14 3 14
4 4
15 15
16
2 5 2
MY MENU
Deze functies hebben een vooraf ingesteld vermogensniveau om
het koken te vergemakkelijken, waarbij de temperatuur van de
pan voortdurend door sensoren wordt gecontroleerd. Wanneer
de gewenste temperatuur voor de functie is bereikt, wordt deze
automatisch gehandhaafd zonder dat het vermogensniveau hoeft te
worden gewijzigd.
De MY MENU-functies werken correct met pannen waarbij de
ferromagnetische zone van de bodem van de pan overeenkomt met de
kookzone. Bovendien moeten de pannen voor functies met een hoge
temperatuur (boven 100ºC) een vlakke, gelijkmatige bodem hebben
(bij voorkeur van het "sandwich"-type), zoals aangegeven in de
onderstaande figuur
Voor een goede werking van deze functies is het belangrijk dat de pan
en de kookzone koud zijn als de functie wordt gestart.
De aanraakbediening heeft speciale functies die de gebruiker helpen
bij het koken via de toets MY MENU (17). Deze aanwezigheid van deze
functies is afhankelijk van het model.
Om een speciale functie op een zone te activeren:
1. Selecteer de zone; de decimaalpunt (4) wordt actief op de
vermogensindicator (3).
2. Klik vervolgens op de toets MY MENU
meerdere keren in om alle beschikbare functies van MY MENU
voor een zone te doorlopen. De inschakeling van deze functies
wordt aangegeven door een controlelampje: sudderen (14),
smelten (15), warmhouden (16).
Om een functie uit te schakelen, raakt u de schuifregelaar (2) van de
betreffende zone aan om de zone te selecteren. Het decimaalpunt (4)
van de vermogensindicator (3) licht op. Raak vervolgens opnieuw de
schuifregelaar (2) aan om een nieuw vermogensniveau in te stellen of
om de zone uit te schakelen. U kunt ook een andere speciale functie
kiezen door nogmaals op de toets MY MENU (17)
SUDDERFUNCTIE
Met deze functie kunt u het gerecht laten sudderen. Breng het gerecht
aan de kook, selecteer de kookplaat en druk op de toets MY MENU
(17) totdat het ledlampje (14) op het pictogram
Zodra de functie is geactiveerd, verschijnt het symbool
vermogensindicator (3).
U kunt de functie op elk moment uitschakelen door de plaat uit te
zetten, het vermogen te wijzigen of een andere speciale functie te
kiezen.
SMELTFUNCTIE
Met deze functie blijft de kookzone op een lage temperatuur.
Ideaal voor het ontdooien van etenswaren of voor het langzaam smelten
van chocolade, boter, enz. Om de functie te activeren, selecteert u de
kookplaat en drukt u op de toets MY MENU
(15) op het pictogram oplicht.
Zodra de functie is geactiveerd, verschijnt het symbool
vermogensindicator (3). U kunt de functie op elk moment uitschakelen
door de plaat uit te zetten, het vermogen te wijzigen of een andere
speciale functie te kiezen.
6 7 12 9 8
13
16
5 171011 18
(17). Druk de toets
te drukken.
oplicht.
(17) totdat het ledlampje
14 15
3 4
16
2 5
WARMHOUDEN
Deze functie stelt automatisch een geschikt vermogensniveau in om
het gekookte gerecht warm te houden. Om de functie te activeren,
selecteert u de kookplaat en drukt u op de toets MY MENU
totdat het ledlampje (16) op het pictogram
Zodra de functie is geactiveerd, verschijnt het symbool
vermogensindicator (3). U kunt de functie op elk moment uitschakelen
door de plaat uit te zetten, het vermogen te wijzigen of een andere
speciale functie te kiezen.
FLEXIDUO
Met deze functie kunt u twee kookzones samen laten werken op
hetzelfde vermogensniveau en met dezelfde kookwekker.
Druk op
van de gekoppelde platen lichten op en de waarde "0" wordt getoond
op de vermogensindicatoren (3).
De indicator van de kookwekker (12) toont drie segmenten die de
geactiveerde zones aangeven. Als uw model meerdere zones heeft
met "FlexiDuo", kunt u de gewenste zone kiezen met de toets
voordat u het vermogen aan de gekozen zone toewijst. De volgende
stappen moet binnen enkele seconden worden genomen; zo niet,
wordt de functie automatisch uitgeschakeld.
Nadat de "FlexiDuo" is geselecteerd, kunt u het vermogen instellen
met een schuifregelaar (2) van één van de gekoppelde zones.
Het vermogensniveau en de variaties daarvan worden gelijktijdig
weergegeven op de vermogensindicatoren (3) van beide zones.
Selecteer niveau '0' op een van de kookzones om deze functie uit
te schakelen. Wanneer de functie wordt uitgeschakeld, worden de
vermogensniveaus en andere functies die aan de bijbehorende zones
zijn toegewezen ook gewist.
BELANGRIJK:
neer zodat ze minstens een van de referentiepunten bedekken (zoals
hieronder afgebeeld).
KOOKFUNCTIE
op de
Met deze functie kunt u gerechten automatisch laten koken, erg
handig bij het koken van pasta, rijst, eieren, enz. Deze functie is alleen
beschikbaar in zones waar het symbool
op de
3 14
4
2
(18) om de functie in te schakelen. De decimaalpunten (4)
Zet de potten in het midden van de bereidingszone
NL
3 19 14
4
15
15
16 16
5 2 5
(17)
oplicht.
op de
(18)
verschijnt.