Mercedes-Benz KIDFIX Betriebsanleitung Seite 107

MBA_BA.book Seite 105 Freitag, 13. Februar 2009 2:06 14
G
Kans op letsel
Als het kinderzitje op de passagiersstoel is
gemonteerd en het controlelampje
"PASSENGER AIRBAG OFF" gaat niet bran-
den, dan is de passagiersfrontairbag actief. In
dit geval kan het kind door de passagiersfron-
tairbag letsel oplopen, wanneer de airbag bij
een ongeval wordt geactiveerd. Is de passa-
giersfrontairbag niet uitgeschakeld, dan mag
u het kinderzitje uitsluitend op een hiervoor
geschikte achterste zitplaats bevestigen.
Laat de automatische kinderzitjeherkenning
AKSE controleren, als het controlelampje
"PASSENGER AIRBAG OFF" bij een gemon-
teerd kinderzitje niet gaat branden.
Mercedes-Benz adviseert u hiervoor uw
Mercedes-Benz Service-steunpunt.
G
Kans op letsel
De automatische kinderzitjeherkenning AKSE
dient het kinderzitje op de passagiersstoel te
herkennen, zodat de passagiersfrontairbag
wordt uitgeschakeld. Hiervoor moet uw auto
en het kinderzitje echter met deze functie
zijn uitgerust.
G
Kans op letsel
Als de auto of het kinderzitje niet zijn
uitgerust met de automatische kinderzitje-
herkenning AKSE, dan wordt de passagiers-
frontairbag niet uitgeschakeld. Is de passa-
giersfrontairbag niet uitgeschakeld, dan kan
het kind door de passagiersfrontairbag bij
een ongeval zwaar tot dodelijk letsel oplopen.
Bevestig het kinderzitje uitsluitend op een
hiervoor geschikte achterste zitplaats.
G
Kans op letsel
Zorg ervoor, dat de gordels nooit zijn ver-
draaid of omgewisseld.
Anders wordt het kind bij een ongeval, plotse-
ling afremmen of plotselinge verandering van
richting niet in positie gehouden en kan daar-
door zwaar tot dodelijk letsel oplopen.
G
Kans op letsel
Leg nooit voorwerpen, zoals bijvoorbeeld
kussens onder het kinderzitje. Het gehele op-
pervlak van het kinderzitje dient steeds ste-
vig op de zitting van de achterbank te rusten.
Waarschuwingen KIDFIX
G
Kans op letsel
Wanneer het kinderzitje verkeerd werd inge-
bouwd, kan het bij een bij krachtig afremmen,
plotselinge richtingsverandering of bij een
ongeval loskomen, waardoor het kind en/
of andere inzittenden zwaar tot dodelijk letsel
kunnen oplopen. Daarom dient u
• Het kinderveiligheidszitje in rijrichting in de
auto gebruiken. Het gebruik in tegen de rij-
richting in geplaatste zitting (bijvoorbeeld
van, minibus) is alleen toegestaan, als de
zitting voor het transport van volwassenen
is toegelaten en er geen airbag aanwezig is
op deze zitting.
• Het kinderveiligheidszitje, indien aanwezig,
met de KIDFIX-bevestigingsarmen aan de
ISOFIX-bevestigingspunten bevestigen
• Het kinderveiligheidszitje met een drie-
punts- gordel in de auto bevestigen
• erop te letten, dat de veiligheidsgordel
strak wordt getrokken en in geen geval ge-
draaid zit
• erop te letten, dat de passagiersfrontair-
bag de beveiligende werking van het kin-
derzitje niet belemmerd.
105