8. In gebruik nemen
8.1 De trein voorbereiden/inschakelen
De schakelaarstand van de trein en
1
van de afstandsbediening moeten
met elkaar overeenkomen.
Q - Q
R - R
Watertank met water vullen.
2
34
Q - R
R - Q
2
3
1
De trein op de rails zetten of op een vlakke
3
bodem plaatsen.
Rijtuigen aan elkaar koppelen.
4
De trein inschakelen, 1x drukken.
5
4