Aanpassing aan verschillend gastype
Vervanging van de gasproeiers
•
Verwijder de roosters.
•
Neem het bovenste gedeelte en de gasontstekers.
•
Met een steeksleutel van 7 schroeft U de gassproeiers
los en neemt U ze weg (Fig. 6), om ze te vervangen
door diegene die overeenstemmen met het type gas
(zie tabel 2).
•
Hermonteer de delen door dezelfde handelingen te
volgen, in tegengestelde zin.
•
Vervang het indentificatieplaatje (geplaatst vlakbij
de gastoevoerpijp) door het plaatje dat oveneenstemt
met het nieuwe gastype.
vindt u in de verpakking van het inspuitstuk
meegeleverd met het toestel.
Indien de gasdruk verschillend is (of variabel) van
dewelke voorzien, is het noodzakelijk een gepaste
drukregelaar te plaatsen op de inlaattube, conform aan
de normen.
Regeling minimum gaspitten
•
Ontsteek de brander.
•
Breng de toets op de positie van de kleinste vlam.
•
Verwijder de toets.
•
Regel de bypass vijs - die zich in de as van de kraan
bevindt - met een dunne schroevendraaier. Bij het
omschakelen van aardgas naar butaangas dient de
schroef volledig in wijzerszin worden vastgedraaid
tot er een kleine regelmatige vlam wordt bekomen.
•
Controleer tenslotte of er geen uitdovingen van de
gaspit zijn door snel de toets van de maximale stand
op de minimum stand te draaien.
Tabel 2 : Inspuitstukken
BRANDER
Kleinbrander
Normaalbrander
Sterkbrander
18
Dit identificatieplaatje
MAXIMALE
MINIMALE
CALORISCH
CALORISCH
DEBIET
DEBIET
kW
kW
1
0,33
1,9
0,45
Aardgas :
2,9
0,75
LPG : 2,7
FO 0392
Fig. 6
Tabel 1 : diameters van by-pass
Brander
Kleinbrander
Normaalbrander
Sterkbrander
MAXIMALE CALORISCH
AARDGAS G20 - 20 mbar
G25 - 25 mbar
mark 1/100
m
70
0,095
96
0,181
119
0,276
By-pass
Ø By-pass
1/100 mm.
28
32
42
DEBIET
GAS LPG
28/37 mbar
/h
mark 1/100
g/h
3
50
72
71
137
86
195
Fig. 7