Veiligheidsaanwijzingen Voor De Installatie; Veiligheidsaanwijzingen Voor De Elektrische Aansluiting; Veiligheidsaanwijzingen Voor De Inbedrijfname; Beschrijving Eenheid - Ford Connected Wall Box Installationsanleitung

AANWIJZING
In aanvulling op de veiligheidsaanwijzingen in dit docu-
ment moet u ook de veiligheidsaanwijzingen in andere
bijgevoegde documenten in acht nemen.
2.3 Veiligheidsaanwijzingen voor de
installatie
NL
– U moet voldoen aan de lokaal toepasselijke vereis-
ten met betrekking elektrische installaties, brandbe-
veiliging, veiligheidsregelgeving en vluchtwegen bij
de beoogde inbouwlocatie.
– Gebruik alleen het meegeleverde montagemateriaal.
– Indien geopend moeten veiligheidsmaatregelen met
betrekking tot elektrostatische ontlading worden ge-
nomen, om elektrostatische ontlading correct te
voorkomen.
– Bij het hanteren van elektrostatisch gevoelige pla-
ten, moeten geaarde antistatische polsbanden wor-
den gedragen en moeten de veiligheidsmaatregelen
met betrekking tot elektrostatische ontlading in acht
worden genomen. Polsbanden mogen alleen worden
gebruikt bij het monteren en aansluiten van de laad-
eenheid. Polsbanden mogen nooit worden gedragen
bij een onder spanning staande wall box.)
– Elektriciens moeten correct geaard zijn tijdens de
montage van de Ford Connected Wall Box
– Monteer de wall box niet in een explosiegevoelig ge-
bied (EX-zone).
– Monteer de wall box zodanig dat de laadkabel geen
doorgangen blokkeert.
– Monteer de wall box niet in gebieden die worden
blootgesteld aan ammonia of lucht met ammonia.
– Monteer de wall box niet op een plek waar vallende
voorwerpen deze kunnen beschadigen.
– De wall box is geschikt voor binnen- en buitenge-
bruik.
– Monteer de wall box niet in de nabijheid van water-
jets, zoals een autowasstraat, hogedrukreinigers of
tuinslangen.
– Bescherm de wall box tegen beschadiging als gevolg
van temperaturen onder nul, hagel en dergelijke.
52
– De wall box is geschikt voor gebruik in gebieden zon-
der toegangsbeperking.
– Bescherm de wall box tegen direct zonlicht. De laad-
stroom kan worden verlaagd bij hoge temperaturen,
of laden kan helemaal worden uitgeschakeld. Het
bedrijfstemperatuurbereik is -22 °F tot +122 °F / -30
°C tot + 50°C.
– De inbouwlocatie van de wall box moet ervoor zor-
gen dat voertuigen er niet onbedoeld tegenaan kun-
nen botsen. Er moeten beschermingsmaatregelen
zijn geïmplementeerd als schade niet kan worden
uitgesloten.
– Gebruik de wall box niet als deze beschadigd is tij-
dens montage. Vervanging is noodzakelijk.
2.4 Veiligheidsaanwijzingen voor de
elektrische aansluiting
– U moet voldoen aan de lokaal toepasselijke vereis-
ten met betrekking elektrische installaties, brandbe-
veiliging, veiligheidsregelgeving en vluchtwegen bij
de beoogde inbouwlocatie.
– U moet elke Ford Connected Wall Box beschermen
met de eigen stroomonderbreker en aardlekschake-
laar.
– Een erkende elektricien moet ervoor zorgen dat elek-
trische aansluitingen spanningloos worden gemaakt
voordat de Ford Connected Wall Box op de externe
voeding wordt aangesloten.
– Een erkende elektricien moet ervoor zorgen dat een
voedingskabel met correcte afmetingen wordt ge-
bruikt voor de stroomaansluiting.
– Laat de Ford Connected Wall Box niet onbeheerd
achter met openstaande kap.
– Registreer de montage van uw Ford Connected Wall
Box bij uw elektriciteitsbedrijf als dit wettelijk of door
een andere overeenkomst verplicht is.
2.5 Veiligheidsaanwijzingen voor de
inbedrijfname
– Het initiële starten van de Ford Connected Wall Box
moet worden uitgevoerd door een erkende elektri-
cien.
SKLJ98-10C823-AA
– Voorafgaand aan het initiële starten moet een er-
kende elektricien verifiëren dat de Ford Connected
Wall Box correct is aangesloten.
– Koppel geen voertuig aan de Ford Connected Wall
Box tijdens het initiële starten.
– Voorafgaand aan het starten van de Ford Connected
Wall Box moeten de laadkabel, laadkoppelingsstuk
en de wall box op zichtbare schade worden gecontro-
leerd. U mag het apparaat niet starten als deze be-
schadigd is of als de laadkabel / laadkoppelingsstuk
beschadigd zijn.

Beschrijving eenheid

3
Deze bedienings- en montagehandleiding beschrijven de
Ford Connected Wall Box. U kunt de exacte apparaatgege-
vens op het typeplaatje van de Ford Connected Wall Box
vinden.
Elektrische kenmerken IEC
Nominale voltage (V
AC)
Nominale stroom (A
AC)
Netfrequentie (Hz)
TN / TT (1P+N+PE of 3P+N+PE):
Netvormen
P naar N = 230 V AC; P naar P =
P naar N = 230 V AC
Uitgangsspanning (V
AC)
11 kW (TN- en TT-netwerk, 3-fa-
Maximaal laadvermo-
gen (kW)
afhankelijk van landspecifieke be-
7.4 (TN-, TT- en IT-netwerk, 1-fa-
afhankelijk van landspecifieke be-
U kunt ook een 3-fasige wall box
Ford Connected Wall Box Installation Manual
230 / 400 V
16A, 3-fasig
32A, 1-fasig
50
400 V AC
IT (1P+N+PE):
230 / 400 V
sig,
perkingen)
sig,
perkingen)