NL
OPMERKING
Bij de eerste inbedrijfstelling schakelt de
pomp na ca. 10 s automatisch uit. Daar-
na moet de toets "RESET" (8) ingedrukt
worden tot de pomp weer water pompt.
Als de toets "RESET" wordt losgelaten
voordat de pomp water pompt, schakelt
de pomp om veiligheidsredenen auto-
matisch uit. Als het aanzuigproces lan-
ger duurt dan 2 min, moet de pomp en
de zuigslang opnieuw gevuld, de
schroefverbindingen op lekkage gecon-
troleerd en de procedure herhaald wor-
den
1. Pomp en zuigleiding tot aan de overloop vul-
len.
2. Een in de drukleiding aanwezige afsluiter
(klep, sproeier, waterkraan) openen.
3. Stekker van de aansluitkabel in het stopcon-
tact steken. De pomp begint te werken.
4. Afsluiting in de drukleiding sluiten nadat er
water zonder ingesloten lucht uit de leiding is
gekomen. De drukschakelaar schakelt de
pomp na ca. 15 s automatisch uit. Het appa-
raat is bedrijfsgereed.
6 BEDIENING
Stel het apparaat als beschreven in bedrijf.
De drukschakelaar heeft een elektronische rege-
ling werkt na de eerste inbedrijfstelling volauto-
matisch.
6.1
Met de hand opnieuw starten
1. Na storingen of wanneer er bij de eerste in-
bedrijfstelling geen water wordt gepompt,
moet de pomp met de hand gestart worden.
2. Controleer de zuigzijde van het apparaat en
het waterpeil.
3. Start de pomp door op de toets "RESET" (8)
te drukken.
4. Als er na meerdere pogingen nog steeds
geen water wordt gepompt, moeten de
schroefverbindingen op dichtheid gecontro-
leerd en de pomp opnieuw gevuld worden.
6.2
Pomp uitschakelen
1. Trek de lichtnetstekker uit het stopcontact.
6.3
Bedrijfstoestandsweergaven
De bedrijfstoestanden worden met controlelamp-
jes (LED) aangegeven.
26
Controlelampje "Power" (5)
Geeft aan of het apparaat op het net is aangeslo-
ten.
Controlelampje "Failure" (6)
Geeft aan dat er een fout is opgetreden.
Controlelampje "On" (7)
Geeft aan dat de pomp in bedrijf is.
7 ONDERHOUD EN VERZORGING
GEVAAR!
Gevaar voor elektrische
schok!
Bij werkzaamheden aan
de pomp is er gevaar voor
een elektrische schok.
■
Haal bij werkzaamhe-
den voor het verhelpen
van storingen altijd eerst
de stekker los.
■
Laat een storing in de
elektrische installatie
verhelpen door een des-
kundig elektrotechnicus.
8 OPSLAG
OPMERKING
Bij gevaar voor vorst moet het systeem
volledig geleegd en de pomp op een
vorstveilige plek bewaarde worden.
9 VERWIJDEREN
Elektrische en elektronische apparaten ho-
ren niet bij het gewone afval, maar moeten
afzonderlijk worden gerecycled!
Verpakking, apparaat en toebehoren zijn vervaar-
digd van materialen die voor hergebruik geschikt
zijn. Verwijder deze daarom dienovereenkomstig.
Bediening
Hydrocontrol