Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Interlogix ATS111 A-N Serie Installationsblatt Seite 30

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 9
Informazioni di contatto
www.utcfireandsecurity.com o www.interlogix.com
Per l'assistenza clienti, vedere www.utcfssecurityproducts.it
NL: Installatie instructies
De eenheid monteren
Het klepje van de GI scharniert aan de onderzijde. Als u het
klepje wilt openen, neemt u het aan de zijkanten of bovenaan
vast en trekt u er zachtjes aan. Dit zal dan naar beneden
klappen. Het klepje kan ook volledig worden verwijderd door
een van de pinnen voorzichtig uit de GI unit te nemen.
Een vergrendeling (Figuur 2, item 5) houdt de metalen
montageplaat aan de achterkant vast. Verwijder de
montageplaat voor installatie. Houd hiervoor de plastic
montage vergrendeling (Afbeelding 2, item 5) ingedrukt en
schuif tegelijkertijd de montageplaat omlaag en trek de
onderkant weg van de behuizing van het toetsenbord.
Opmerking:
Gebruik een platte schroevendraaier om op de
montage vergrendeling te drukken (Figuur 5, item 2) en schuif
het toetsenbord omhoog (item 3) om het toetsenbord los te
maken wanneer het op het montageoppervlak is gemonteerd.
Zie figuur 5, item C.
Om het toetsenbord te installeren:
1.
Plaats het plastic inzetstuk (Figuur 5, item 1) in de gleuf in
de metalen montageplaat zoals getoond in Figuur 5,
item A.
2.
Markeer de schroefposities op het montageoppervlak met
behulp van de metalen montageplaat en boor de gaten.
3.
Bevestig de metalen montageplaat samen met het
losdraaiende inzetstuk op het montageoppervlak met
behulp van de meegeleverde schroeven. Zie figuur 5,
item B.
4.
Verbind de afscherming van de datakabel aan een van de
montageplaat schroeven (zie voorbeeld figuur 5).
Bij gebruik van de kabelinvoer aan de achterzijde (door de
montageplaat heen), dient u in het montageoppervlak een
opening te maken waar de kabel door heen kan.
5.
Stel de GI adres in met de dipswitches 1 tot
4 (zie "Dipswitchinstellingen van de GI" hieronder). Sluit
de busbekabeling af met behulp van de terminator
(dipswitch 5), indien nodig, in.
WAARSCHUWING:
Voordat u de GI aansluit, dient
u eerst de voeding van het controlepaneel uit te
schakelen.
6.
Plaats aan de achterzijde van de GI de kunststof
afdekkapjes (meegeleverd) op de niet-gebruikte
kabelinvoeropeningen.
7.
Plaats de GI op de montageplaat en klik hem vast door de
unit ongeveer 8 mm te laten zakken.
Figuur 2 items
(1) Kabelinvoergat
(2) Dipswitches
(3) Databus-aansluitingen
30 / 50
(4) Sabotageschakelaar
(5) Monteer vergrendeling
Bediendeel op het controlepaneel
aansluiten
Raadpleeg de installatiehandleiding van het ATS-
controlepaneel voor instructies.
Sabotageschakelaar
Zie figuur 2.
Het systeem werkt alleen correct als de sabotageschakelaar
op de achterzijde is ingedrukt. De sabotageschakelaar wordt
bediend en afgeschermd door de GI op de montageplaat te
monteren en deze vervolgens naar de beneden te schuiven tot
aan de aanslag. Tijdens de werking verschijnt op het LCD-
display "GI Sabotage" wanneer de sabotageschakelaar niet
meer is ingedrukt.
Dipswitchinstellingen van de GI
Zie figuur 3.
Aan de achterzijde van de GI bevinden zich dipswitches
(figuur 2) waarmee de GI-adres en de databus afsluiting
(TERM) wordt ingesteld. Deze instellingen worden beschreven
in de volgende hoofdstukken.
TERM-dipswitch: Gebruik dipswitch 5 om TERM in te
stellen op "AAN", indien nodig. Op de databus mogen er
niet meer dan twee Terminators op "AAN" worden
ingesteld. Raadpleeg de installatiehandleiding van het
controlepaneel voor meer informatie over het gebruik van
Terminators.
GI-adres: Stel het GI-adres in met de dipswitches 1–4.
Aansluitingen
Zie figuur 4.
+13,8 VDC: De GI kan van voeding worden voorzien via
de "+" en "−" spanning van de databus van het
controlepaneel, als de afstand tussen de GI en het
controlepaneel niet groter is dan 100 m. Anders kan de GI
ook van voeding worden voorzien via de AUX PWR van
een DI of met behulp van een hulpvoeding.
D+/D−: D+ is de positieve data-aansluiting en D− is de
negatieve-data-aansluiting van de databus.
De GI is met het ATS-controlepaneel verbonden via de RS485-
databus, tot op 1,2 km afstand van het controlepaneel of de 4-
deurs controller-DI. Het is aanbevolen een afgeschermde,
twisted-pair datakabel te gebruiken (WCAT 52/54).
Zie "Afscherming" op pagina 31.
RTE: Een RTE (uitgangsverzoek) drukknop (normally
open, puls-drukknopschakelaar) kan op de IN- en 0 V-
aansluitingen worden aangesloten (zie figuur 4). Wanneer
de schakelaar wordt ingedrukt, stuurt deze het
uitgangsverzoek naar het bediendeel.
IN: Op "IN" en "−" kan een uitgangsverzoek drukknop
(normally open, puls-drukknopschakelaar) worden
aangesloten. Wanneer deze schakelaar wordt ingedrukt,
zal deze de uitgangsverzoekfunctie activeren.
UIT: Open collector uitgang. Deze heeft het eerste
uitgangsnummer van de uitgangcontroller die aan de GI is
toegewezen. Raadpleeg de programmeerhandleiding van
het ATS-controlepaneel voor meer informatie.
P/N 466-2916 (ML) • REV B • ISS 14MAY18

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis