Regels Voor Keerlussen In Het Railplan; Twee Rij Voorbeelden; Voorbeeld Van Een Railplan Met Een Station In De Keerlus - LGB 10151 Montageanleitung

Regels voor keerlussen in het railplan

• Het doorrijden is alleen in één (vastgestelde) richting
mogelijk.
• De scheidingsrail T wordt in de rijrichting achter het
inrijwissel (handwissel) geplaatst.
• De keerlusrail K wordt kort voor het uitrijden van de
keerlus geplaatst, met de pijl naar het wissel wijzend.
• De railsectie tussen de T en K rails dient minimaal
de treinlengte te zijn. Hierdoor is er voldoende tijd
voor het ompolen. Bij het gebruik van een verlichte
postwagen 30190 moet deze afstand minstens de hele
treinlengte bedragen.
• Rangeren is deze sectie is niet mogelijk.
• Tijdens het rijden in de keerlus moet de rijregelknop
door de nulstand heen naar de andere zijde gedraaid
worden, zodat de trein de keerlus weer kan verlaten.
(hij rijdt dan op het traject in tegengestelde rijrich-
ting!)

Twee rij voorbeelden

Een keerlus in de rijrichting met de wijzers van de klok
mee (afb. 4)
Een trein rijdt met de regelaarinstelling (1) de keerlus in
en stopt bij haltepunt Hp; dan wordt de rijregelknop in de
stand (2) gedraaid, nu verlaat de trein de keerlus zonder
weer te stoppen. Worden de rails K en T onderling
verwisseld dan is de rijrichting tegen de wijzers van de
klok in. (afb. 5).
Voorbeeld van een railplan met een station in de
keerlus
De keerlus scheiding ligt in dit voorbeeld achter het
station (afb. 6).
Op alle stationssporen kan vrij gerangeerd worden. Met
een tweede keerlus in het railplan is het mogelijk de
rijrichting weer om te keren.
11