Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Verklarende Woordenlijst - Nikon WT-2 Referenzhandbuch

Wireless-lan-sender
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Verklarende woordenlijst

Ad hoc
Apparaten in een draadloos ad hoc netwerk communiceren rechtstreeks ("peer-to-
peer") zonder een draadloos toegangspunt. De WT-2 ondersteunt een ad hoc stand
voor een rechtstreekse draadloze verbinding met een computer of ftp-server.
Automatische IP (APIPA - Automatic Private IP Addressing)
Deze functie maakt het mogelijk dat apparaten in een netwerk zichzelf automatisch
een uniek IP-adres toewijzen als er geen DHCP-server in het netwerk wordt gevonden.
Automatische IP gebruikt adressen tussen 169.254.1.0 en 169.254.254.255 en het
subnetmasker 255.255.0.0. Deze adressen zijn niet globaal of persoonlijk, maar zijn
gereserveerd voor automatische IP.
BSS-ID (Basic Service Set ID)
Alle draadloze apparatuur op een ad hoc draadloos netwerk deelt hetzelfde BSS-ID. De BSS-
ID kan maximaal tweeëndertig tekens lang zijn en is hoofdlettergevoelig. Zie ook Ad hoc.
DHCP-server (Dynamic Host Confi guration Protocol)
Voor ieder apparaat in een TCP / IP-netwerk is een IP-adres nodig. Wanneer er een
DHCP-server is opgenomen in het netwerk, zullen de IP-adressen automatisch worden
toegewezen. Er is over het algemeen geen DHCP-server aanwezig in netwerken die uit-
sluitend bestaan uit computers met Windows Me, Windows 98 of Windows 95. DHCP
kan in andere netwerken wél worden geactiveerd; neem contact op met de netwerkbe-
heerder of raadpleeg het handboek bij de router of het besturingssysteem.
DNS (Domain Name Server)
Een server die een database met IP-adressen en hostnamen bevat voor de machines die
hij beheert en die op verzoek van clients hostnamen converteert in IP-adressen. Iedere
DNS kan ook andere Domain Name Servers afzoeken naar adressen die niet in de eigen
database staan.
Draadloos LAN-toegangspunt
Een draadloze transceiver die fungeert als de verbinding tussen draadloze apparatuur
en een draadloos netwerk.
"elke" verbinding
Hiermee kunnen apparaten op een draadloos netwerk worden aangesloten zonder
SS-ID. Kan worden gebruikt voor draadloze "hot spots", maar is niet zo veilig als ver-
bindingen waarvoor een SS-ID nodig is.
ESS-ID (Extended Service Set ID)
Meerdere BSS's kunnen samen een ESS vormen, waardoor gebruikers kunnen roamen
(zwerven) tussen draadloze toegangspunten. Alleen apparaten met hetzelfde ESS-ID als
een gegeven toegangspunt kunnen met het betreffende toegangspunt communiceren.
De ESS-ID kan maximaal tweeëndertig tekens lang zijn en is hoofdlettergevoelig.
Gateway
Een netwerkknooppunt dat fungeert als ingang tot een ander netwerk, bijvoorbeeld
tussen een bedrijfsnetwerk en het internet.
51

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis