Het Geluid En De Pieptoon Veranderen; Een Cd/Md Afspelen - Sony XR-C5109R Bedienungsanleitung

Het geluid en de pieptoon
veranderen
Voor een krachtiger bass-geluid
— D-bass
Met de D-bass functie kan u een extra helder
en krachtig bass-geluid bekomen. Deze functie
versterkt het lage-frequentiesignaal met een
scherpere curve dan bij een conventioneel
bass-boost systeem.
Zo kan u het bass-geluid duidelijker horen
terwijl het stemgeluid op hetzelfde volume
blijft. Met de D-BASS knop kan u het bass-
geluid makkelijk accentueren en aanpassen. Zo
krijgt u hetzelfde effect als waneer u een
optioneel subwoofer-systeem gebruikt.
De Digital D-bass* functie geeft een nog
strakker en krachtiger bass-geluid dan analoge
D-bass.
Digitale D-bass
D-BASS 3
D-BASS 2
D-BASS 1
0dB
NL
Frequentie (Hz)
De bass-curve aanpassen
Draai aan de D-BASS knop om het bass-
niveau te regelen (1, 2 of 3).
"D-BASS"* verschijnt in het uitleesvenster.
Om het effect uit te schakelen zet u de knop op
OFF.
* Als de CD-wisselaar een digitale D-bass functie heeft,
verschijnt "DIGITAL D-BASS" in het uitleesvenster
tijdens CD-weergave.
Opmerking
Als het bass-geluid is vervormd, kunt u dit verhelpen door
aan de D-BASS knop of de volumeknop te draaien.
De pieptoon uitschakelen
Druk op (1) terwiji u (SEL) ingedrukt
houdt.
Om de pieptoon opnieuw te krijgen, drukt
u nogmaals op deze toetsen.
Opmerkingen
Als u een optionele eindversterker aansluit op LINE OUT
en u de ingebouwde versterker niet gebruikt, werkt de
pieptoon niet.
14
Analoge D-bass
D-BASS 3
D-BASS 2
D-BASS 1
0dB
Frequentie (Hz)
Met optionele apparatuur
CD/MD-apparatuur
Met dit toestel kunnen in deze configuratie
maximum zeven externe CD/MD-toestellen
worden bediend:
CD - maximum vijf
MD - maximum vijf
Elke combinatie met een maximum van zeven
is mogelijk.

Een CD/MD afspelen

Druk op (SOURCE) tot de gewenste
muziekbron in het uitleesvenster wordt
aangeduid.
De CD/MD-weergave start.
Als CD/MD-apparatuur is aangesloten,
worden alle muziekstukken vanaf het begin
gespeeld.
CD/MD-apparatuur kiezen (als
verscheidene CD/MD-toestellen zijn
aangesloten)
Druk herhaaldelijk op (MODE) om het
gewenste CD/MD-toestel te kiezen.
De aanduiding in het
uitleesvenster wijzigen
Telkens wanneer u tijdens CD/MD-weergave
op (DSPL) drukt, verandert de aanduiding als
volgt:
Verstreken speelduur
Muziekstuknaam*
Klok
* Als de muziekstuknaam van een MD niet vooraf is
opgenomen, verschijnt "NO NAME" in het
uitleesvenster.
Tip
Als de naam van de MD te lang is, verschijnen
alleen de eerste acht tekens in het
uitleesvenster.
$
$
$