Inhaltsverzeichnis
Werbung
4.1 VRIJLOOP
In deze mode kan de ketting met de hand naar welke kant dan ook getrokken worden om snel aan de last te
kunnen worden bevestigd.
Voor de vrijloop dient de takel onbelast te zijn; zet de richtingshendel op de positie (N). Draai de vrijloopknop
tegen de wijzers van de klok in (°) om de rem los te maken en trek aan een kant van de ketting totdat de
onderhaak zich in de gewenste positie bevindt. Door de richtingshendel in de positie laden (Å) of ontladen
(Æ) te zetten staat de vrijloop vast. Trek aan de lastketting om u te vergewissen van het feit dat de ketting
niet meer vrijloopt. Hijs de lastketting niet tot aan het punt waar de kettingpal of het blok van de onderhaak
tegen het frame wordt geslagen.
4.2 HET AANBRENGEN VAN DE LAST
Breng de onderhaak op de last aan en wel zo dat deze in de bocht van de haak zit en niet in aanraking komt
met het veerslot of met het uiteinde van de haak. Zorg dat het veerslot goed dicht is.
Hijs de last een beetje omhoog of trek er een beetje aan, net genoeg om te kijken of de last goed bevestigd
is. Hijs of trek alleen maar verder nadat u zich ervan vergewist heeft dat hiervoor geen belemmeringen
bestaan.
De takel is alleen voor bediening met de hand ontworpen. Verleng de hefboom niet.
4.3 HIJSEN OF TREKKEN
Zet de richtingshendel in de positie laden (Å). Maak door de hefboom te gebruiken de afstand tussen de
haken korter en om daarna de last te hijsen of te trekken.
Hijs de last een beetje omhoog of trek er een beetje aan, net genoeg om te kijken of de last goed bevestigd
is. Hijs of trek alleen maar verder nadat u zich ervan vergewist heeft dat hiervoor geen belemmeringen
bestaan.
De takel is alleen voor bediening met de hand ontworpen. Verleng de hefboom niet.
4.4 LOSMAKEN OF LATEN ZAKKEN
Zet richtingshendel in de positie ontladen (Æ). Door de hefboom te gebruiken maak de afstand tussen de
haken korter en om daarna de last los te maken of te laten zakken.
4.5 LASTDRUKREM
Indien de belaste takel plotseling onbelast raakt dan zal door het wegvallen van de druk op de onderhaak
automatisch het remsysteem in werking treden.
Dit gebeurt ook indien het blok van de onderhaak dicht langs het frame schuurt.
Om de rem weer vrij te zetten zet de richtingshendel in de positie ontladen (Æ) en trek hard aan de hefboom.
5. Onderhoud/inspectie
Om constant en veilig met de takel te kunnen werken dient deze regelmatig gecontroleerd te worden op
versleten en beschadigde onderdelen en wel nog voordat er een onveilige situatie ontstaat. Afhankelijk van
de individuele omstandigheden waarin de takel gebruikt wordt, moet de frequentie van de controles worden
vastgesteld. Onderstaande frequenties zijn gebaseerd op normaal gebruik.
De inspecties zijn in twee groepen gesplitst, nl. frequent en periodiek.
4
Werbung
Inhaltsverzeichnis
