Instelling Van De Eindschakelaars - V2 VEGA-24V Handbuch

4. INSTELLING VAN DE EINDSCHAKELAARS

De twee microschakelaars die op de motor gemonteerd zijn,
kunnen op drie verschillende manieren werken, al naargelang de
instellingen van de parameter FC.En in het programmeermenu
van de stuurcentrale.
1 Eindschakelaar bij opening en sluiting
2 Begin snelheidsafname bij opening en sluiting
3 Begin en einde schaduwzone
1 Eindschakelaar bij opening en sluiting
Wanneer de microschakelaar geactiveerd wordt, stopt de poort.
Eindschakelaar bij opening: zet de kantelpoort op circa 50 mm
van de maximaal geopende stand en stel de linkernok (SX) in tot
de microschakelaar geactiveerd wordt.
Zet de nok vast door de zijschroeven vast te draaien.
Eindschakelaar bij sluiting: zet de kantelpoort op de maximaal
gesloten stand en stel de rechternok (DX) in tot de
microschakelaar geactiveerd wordt.
Zet de nok vast door de schroef vast te draaien.
2 Begin snelheidsafname bij opening en sluiting
Wanneer de microschakelaar geactiveerd wordt, begint de fase
van snelheidsafname die duurt tot de poort de aanslag bereikt.
Breng de kantelpoort in positie op het punt van begin
snelheidsafname tijdens de opening en stel de linkernok in tot de
microschakelaar ingeschakeld wordt. Zet de nok vast door de
schroef vast te draaien.
Breng de kantelpoort in positie op het punt van begin
snelheidsafname tijdens de sluiting en stel de RECHTERNOK in
tot de microschakelaar ingeschakeld wordt. Zet de nok vast door
de schroef vast te draaien.
3 Begin en einde schaduwzone
In enkele installaties kan het gebeuren dat de poort de fotocellen
passeert en de bundel daarvan onderbreekt.
In dat geval kan de poort de sluitcyclus niet afmaken. Met deze
functie is het mogelijk om de fotocellen tijdelijk uit te schakelen,
zodat het mogelijk wordt de poort te laten passeren.
Breng de kantelpoort in positie op het beginpunt van de
schaduwzone en stel de linkernok in tot de microschakelaar
ingeschakeld wordt. Zet de nok vast door de schroef vast te
draaien.
Breng de kantelpoort in positie op het eindpunt van de
schaduwzone en stel de RECHTERNOK in tot de microschakelaar
ingeschakeld wordt. Zet de nok vast door de schroef vast te
draaien.
44