Programmeren van de kookplaat
In- en uitschakelen
van de kookplaat
Inschakelen
Uitschakelen
Indicaties
De kookzone
afstellen
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe een kookzone
wordt afgesteld. In de tabel vindt u de kookstanden
en bereidingstijden voor verschillende gerechten.
De kookplaat in- en uitschakelen met de
hoofdschakelaar.
Druk op symbool @ tot de
indicator G aan gaat.
Druk op symbool @ tot de indicator G uit gaat.
De kookplaat is uitgeschakeld.
De indicator voor restwarmte blijft oplichten tot de
kookzones voldoende afgekoeld zijn.
De kookplaat gaat automatisch uit als alle kookzones
gedurende een vastgestelde periode uitgeschakeld
zijn.
Indien na het inschakelen van de kookplaat er nog
restwarmte is, gaat de indicator t/s aan.
Selecteer de gewenste kookstand met de symbolen +
en -.
Kookstand 1 = minimaal vermogen
Kookstand 9 = maximaal vermogen
Elke kookstand beschikt over een gemiddelde
afstelling. Deze wordt aangegeven met een punt.
43