Bewaren
Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste naar de
bewaarvakken verplaatsen, zodat u weer ruimte hebt in het invriesvak.
Indien u een groetere hoeveelheid levensmiddelen moet opslaan, dan kunt de
korven (behalve het onderste korf) verwijderen, zodat het voedsel direct naar
de rekken kan worden gelegd.
Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op reeds ingevroren
producten.
Praktische informatie
Na openen en sluiten van de deur van de vriezer ontstaat in het apparaat een
vacuüm. Na sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur
weer kunt openen.
Stel de vriezer zodanig in dat de binnentemperatuur nooit warmer dan -18
°C wordt. Bij te hoge temperaturen bederven de diepvriesproducten.
Controleer elke dag even of het apparaat goed functioneert. Zo constateert
u evt. storingen tijdig.
Na afloop van een stroomonderbreking gaat het apparaat vanzelf weer aan
en wordt automatisch de invriesmodus ingeschakeld.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo energiezuinig
mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een warmte afgevend apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de compressor voldoende ventilatie hebben.
Bedek de ventilatie-openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in vershoudfolie om
onnodige rijpvorming te voorkomen.
Zorg ervoor dat nog in te vriezen levensmiddelen niet in aanraking komen
met reeds ingevroren levensmiddelen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer open staan dan nodig is.
Laat warme levensmiddelen altijd eerst tot kamertemperatuur afkoelen
voordat u ze in het apparaat zet.
Houd de condensor schoon
29