Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Facom BCS.12-15 Bedienungsanleitung Seite 22

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 14
1 - Controleren of de aansluitkabels voor het voertuig goed opgeborgen zijn (Figuur 31 en 32) en of de vermogensschakelaar op
« CHARGER ON » staat (Figuur 25).
2 - Het "Battery Station" FACOM BCS.12-15 aansluiten op het spanningsnet (220-230V - 50-60HZ) (Figuur 33).
3 - De aansluitkabels aansluiten op de accu van het voertuig. Rode klem op de pluspool + / zwarte klem op de minpool -.
4 - Kies de modus:
- « natte lading » (Figuur 14) voor accu's met accuvloeistof
- of "GEL" lading (Figuur 15) voor GEL- of AGM-accu's.
In geval van twijfel altijd voor "natte lading" kiezen (Figuur 14).
Mode BOOST (te gebruiken als de acculader niet start):
Wanneer een accu praktisch leeg is, is deze waarschijnlijk beschadigd en in dat geval zal het "Battery Station" FACOM BCS.12-15 niet met
starten beginnen en brandt het controlelampje voor fouten continu.
Om deze accu's te wekken, is het "Battery Station" FACOM BCS.12-15 uitgerust met een BOOST modus waarmee bepaalde accu's gered
kunnen worden. Volg de procedure « Een al dan niet op een voertuig aangesloten accu opladen ». Als het RODE lampje na stap 4 brandt,
moet de selectieknop "Nat" of "GEL" 5 seconden ingedrukt worden, de BOOST modus start en de controlelampjes GEL en NAT knipperen
tegelijkertijd. Zodra de BOOST modus niet meer nodig is, gaat het apparaat automatisch over op de normale laadcyclus.
Een voertuig starten
Uw BCS.12-15 is voorzien van een accu waarmee voertuigen van 12V gestart kunnen worden zonder aangesloten te zijn op het
elektriciteitsnet.
1 - Controleer of het laadniveau van de interne accu voldoende is. Druk op de knop « Internal charge level » (Figuur 16). Als
de rode LED links van de laadindicator (Figuur 12) brandt, moet de interne accu opnieuw opgeladen worden alvorens het
"Battery-Station" FACOM BCS.12-15 te gebruiken.
2 - Controleren of de aansluitkabels voor het voertuig goed opgeborgen zijn (Figuur 31 en 32) en of de vermogensschakelaar op
« CHARGER ON / BOOSTER OFF» staat (Figuur 25).
3 - Sluit de rode klem (+ Plus) aan op de plusklem van de accu van het te starten voertuig.
4 - Sluit de zwarte klem (- Min) aan op de minklem van het te starten voertuig.
5 - Controleer of het ALARM lampje uit is en of de polariteiten van de kabels juist zijn.
6 - Zet de vermogensschakelaar op « BOOSTER ON » (Figuur 26).
7 - Start het voertuig. Drijf de startmotor van het voertuig nooit langer dan 8 seconden achter elkaar aan. Wacht 1 minuut tussen
twee startpogingen.
8 - Zodra het voertuig gestart is, moet de vermogensschakelaar op « CHARGER ON / BOOSTER OFF» gezet worden (Figuur 25).
9 - Maak de rode klem (+ Plus) los van de plusklem van de accu van het voertuig en berg de kabel op.
10 - Maak de zwarte klem (- Min) los van de minklem van de accu van het voertuig en berg de kabel op.
Een voertuig van stroom voorzien tijdens het vervangen van de accu
Het is mogelijk een voertuig via een speciale stekker « Voor contact » van stroom te voorzien om anti-inbraakcodes en audio- en GPS-
systemen tijdens het vervangen van de accu te behouden.
Bij een overbelasting van meer dan 20A schakelt de thermische beveiliging in en wordt het circuit onderbroken. (In dat geval worden
de geheugens geleegd).
NU-BCS.12-15_0216.indd 24
24
2/15/2016 9:01:05 AM

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis