Flitsen in de verschillende
opnamemodi van de camera
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe de flitser in de verschillende opnamemodi van
de camera moet worden gebruikt.
Flitsfotografie gebaseerd op
diafragma-instelling (A)
1
Selecteer de A-modus op de camera.
2
Druk op de toets MODE, zodat [ ] wordt weergegeven.
• Full-flash wordt geselecteerd.
3
Stel het diafragma in en stel scherp op het voorwerp.
• Verklein het diafragma (kies een hogere f-stop) om het flitsbereik te
verkleinen of open het diafragma (kies een lagere f-stop) om het flitsbereik
te vergroten.
• De sluitertijd wordt automatisch ingesteld.
4
Druk de sluiterknop in wanneer het opladen is voltooid.
28
NL