Bedienen - Unold 86830 Bedienungsanleitung

4. Verwijder de schroeven die aan de
motorbehuizing gemonteerd zijn.
5. Bevestig de achterste roosteraf-
dekking aan de motorbehuizing.
De draaggreep aan de roosteraf-
dekking moet naar boven wijzen.
De boringen in de afdekking moe-
ten precies boven de boringen in
de motorbehuizing liggen.
6. Bevestig de roosterafdekking met
de schroeven.
7. Steek het schoepenwiel op de
as en zet het m.b.v. de bevesti-
gingsring vast. De ring moet op de
platte kant van de as zitten.
8. Verbind de voorste roosterafdek-
king met de achterste kant van de

BEDIENEN

1. Controleer of het apparaat op een
geschikte, effen ondergrond staat
en veilig en stabiel neergezet
werd.
2. Steek de stekker in een stopcon-
tact.
Kantelhoek instellen
Kantel de afdekking uitsluitend
in het voorziene kantelbereik en
ga niet verder dan de voelbare
weerstand, om het apparaat niet
te beschadigen.
5. Zet de ingestelde kantelhoek vast
door de kartelschroeven vast te
draaien.
3. Draai de kar-
telschroeven ietsjes
los (zie afbeelding).
4. Kantel
roosterafdekking tot
deze de gewenste
kantelhoek
toont. Attentie:
roosterafdekking door de haak van
de voorste roosterafdekking in de
inkeping van de achterste afdek-
king te hangen.
9. Onderaan in de twee roosterafdek-
kingen bevindt zich telkens een
gat voor de bevestigingsschroef.
Deze gaten moeten precies boven
elkaar liggen.
10. Bevestig beide roosterafdekkin-
gen door de klemmen aan de rand
te sluiten.
11. Om de afdekking te beveiligen,
draait u de bevestigingsschroef
aan de onderkant van de afdek-
king met de moer vast.
Snelheid instellen
6. Schakel het apparaat in door één
van de drie snelheidsstanden te
kiezen en op de betreffende toets
te drukken. De snelheidsregelaar
bevindt zich bovenaan aan de
achterkant van de motorbehui-
zing.
ƒ Stand 1: lichte wind
ƒ Stand 2: middelmatige wind
de ƒ Stand 3: sterke wind
ƒ Stand „0" schakelt het apparaat
uit.
ver- 7. U kunt steeds tussen de verschil-
lende snelheidsstanden heen en
weer wisselen.
Zwenkfunctie/oscillatie
8. Druk de oscillatieknop achter aan
de kop van het apparaat omlaag.
Het apparaat zwenkt nu zelfstan-
dig.
25