Het Rooster Installeren; Types Regelkabels - Mitsubishi Electric CITY MULTI PMFY-P VBM-E Installationshandbuch

4. Elektrische aansluitingen
G
*1
H
I
*3
L1
Fig. 4-3
A
SW5
220V
SW1
ON
OFF
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
SW12
0
Fig. 4-4

5. Het rooster installeren

1
Fig. 5-1
A
Fig. 5-2
D
E
Fig. 5-3
J J J
L2 *2
K K
L4
J J
r
K
L
L3
K K
240V
CN43
CN82
SW11 SW14
SWC
0 0
2 3
B
C
G
F
Beperkingen op de Transmissiekabels (Fig. 4-3)
Langste kabellengte (L +L +L of L
1 2 4 1
Lengte tussen binnenapparaat en de afstandsbediening (R): minder dan 10 m
G Buitenapparaat
H Aarding
I BC-bedieningseenheid
J Binnenapparaat
K M-NET-afstandbediening
L Apolair 2-draads
Opmerking:
*1 Aard de transmissiekabel via de aardklem
*2 Als de afstandsbedieningskabel langer dan 10 meter is, gebruik dan een
1,25 mm 2 -diameterkabel voor het gedeelte dat langer is dan 10 meter, en
voeg dat gedeelte toe voor berekening van de 200 meter.
*3 De BC-bedieningseenheid is alleen benodigd voor de R2-lijn van apparaten
die zowel koelen als verwarmen.
4.3. De aansluitadressen instellen (Fig. 4-4)
(Zorg ervoor dat er geen stroom op het apparaat staat als u de adressen instelt.)
• Er zijn twee types draaibare schakelinstellingen beschikbaar: voor het instellen
van adressen 1 tot 9 en groter dan 10, en voor het instellen van aftakkingsnummers.
Opmerking:
Stel de schakelaar SW5 in op het juiste voltage van de netvoeding.
• Wanneer de netspanning 230 of 240 V bedraagt, zet u SW5 op de stand 240 V.
• Wanneer de netspanning 220 V bedraagt, zet u SW5 op de stand 220 V.
A Adresbord

4.4. Types regelkabels

1. Bedrading van transmissiekabels: Gepantserde CVVS of CPEVS kabel
2
• Kabeldiameter: Minimaal 1,25 mm
2. M-NET-afstandsbedieningskabels
Soort afstandsbedieningskabel Gepantserde MVVS kabel
Kabeldiameter Meer dan 0,5 tot 1,25 mm
Als de afstand groter dan 10 meter wordt, gebruikt
Opmerkingen u een kabel met dezelfde specificaties als de
transmissiekabel.
3. MA-afstandsbedieningskabels
Soort afstandsbedieningskabel 2-aderige kabel (niet-afgeschermd)
Kabeldiameter Meer dan 0,3 tot 1,25 mm
5.1. De inhoud controleren (Fig. 5-1)
• Deze kit bevat de volgende onderdelen.
Accessoire naam Hoeveelheid
1 Rooster
2 Schroef
3 Schroef
A Punten voor vastzetten van de rooster
B Punten voor vastzetten van de rooster
C Binnenapparaat
D Plafondoppervlak
5.2. Controles vóór bevestiging van het voorpaneel
(Fig. 5-2, 3)
• Voordat u het voorpaneel installeert, dient u te controleren of de zijden van het
binnenapparaat evenwijdig lopen met die van de opening in het plafond (of gelijk
aan de hoek tussen de muur en het plafond).
• Controleer of de vier punten waaraan het voorpaneel wordt vastgemaakt het plafond-
oppervlak raken.
• Controleer of de isolatie van de koelleidingen, de afvoerleidingen, etc. goed beves-
tigd is en of alle elektrische aansluitingen en verdere aansluitingen en koppelingen
goed zijn gemaakt.
+L of L +L +L ): minder dan 200 m
3 2 3 4
van het buitenapparaat.
2
2
Opmerking
1
M5 × 0,8 × 16
6
4 × 16
1
E Aftapbak
F Plaatsen voor vastzetten van de rooster
G Zorg dat deze oppervlakken op hetzelfde ni-
veau liggen (0-3 mm)
31