VOORZICHTIG! Gevaar voor letsel
Het niet in acht nemen van deze waarschuwingen kan leiden tot licht of matig letsel.
Bevestig onderdelen die afgedekt onder bekledingen moeten worden aangebracht zodanig
dat ze niet losraken of andere onderdelen of kabels beschadigen of de voertuigfuncties be-
lemmeren (besturing, pedalen, enz.).
Neem altijd de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het voertuig in acht. Sommige
werkzaamheden (bijv. aan beveiligingssystemen zoals de airbag enz.) mogen uitsluitend wor-
den uitgevoerd door gekwalificeerd personeel.
LET OP! Gevaar voor schade
Let er bij het boren op dat er achter het te doorboren oppervlak genoeg ruimte is voor de
boor, om schade te voorkomen.
Ontbraam elk boorgat en behandel de boorgaten met antiroestmiddel.
Tijdens werkzaamheden aan het elektrische systeem moet de accu's worden gescheiden van
de voertuigmassa. Dit geldt voor de hoofd- en de hulpaccu's.
Gebruik bij het werken aan de volgende kabels alleen geïsoleerde kabelschoenen, stekkers
en liphulzen:
•
30 (directe ingang van accupluspool)
•
15 (geschakelde plus, achter accu)
•
31 (retourleiding vanaf accu, massa)
•
58 (achteruitrijlicht)
Gebruik geen porseleinen draadaansluitingen.
Gebruik een krimptang voor het verbinden van de kabels.
Schroef de kabel vast bij het aansluiten van kabel 31 (massa).
•
Schroef de kabel vast met behulp van een kabelschoen en een borgring op een van de
massabouten van het voertuig of
•
Schroef de kabel op het metalen plaatlichaam met een kabelschoen en een zelftappen-
de schroef.
Zorg voor een goede massaverbinding.
Wanneer de accu is losgekoppeld, gaan alle gegevens in het vluchtige geheugen verloren.
Gegevens moeten dan worden gereset. Volg in dit geval de instructies van de voertuigfabri-
kant. De instructies voor deze instellingen kunt u terugvinden in de gebruikershandleiding.
Gebruik voor het controleren van de spanning in elektrische kabels alleen een diodetestlamp
of een voltmeter. Testlampen met een lampbehuizing gebruiken te veel stroom, wat de elek-
tronica in het voertuig kan beschadigen.
Let bij het maken van elektrische verbindingen op het volgende:
•
Ze zijn niet geknikt of gedraaid.
•
Ze schuren niet aan de randen.
•
ze zijn niet zonder bescherming door openingen met scherpe kanten gelegd.
Isoleer alle verbindingen en aansluitingen.
Bescherm de kabels tegen mechanische spanning met behulp van kabelbinders of isolatieta-
pe, bijvoorbeeld door ze aan al bestaande kabels te bevestigen.
Volg de installatie- en gebruikshandleiding voor de monitor op.
Open de camera niet.
Trek niet aan de kabels.
Stel de kabels niet bloot aan oplosmiddelen zoals benzeen gedurende lange periodes.
47