diatesse XPER Handbuch Seite 10

TESTEN MET
BLOEDMONSTERS
WAARSCHUWING:
Om de kans op infectie te beperken:
• Deel nooit een lancet of prikapparaat met
anderen.
• Gebruik altijd een nieuw steriel lancet.
Lancetten zijn bedoeld voor eenmalig gebruik .
• Zorg dat er geen handlotion, olie of resten
vuil in of op de lancetten en het prikapparaat
komen.
Het prikapparaat voorbereiden
voor een bloedtest
Volg de instructies op de bijsluiter van het
prikapparaat voor het afnemen van een
bloedmonster.
De prikplaats voorbereiden
Het stimuleren van bloedperfusie door over
de prikplaats te wrijven alvorens bloed af te
nemen, heeft een grote invloed op de verkregen
testwaarde. Bloed wat is afgenomen van een plek
waar vooraf niet over gewreven is vertoont een
significant andere waarde dan bloed afgenomen
van een plek waarover wel gewreven is.
Het is raadzaam om onderstaande stappen te
volgen, voordat u een bloeddruppel afneemt:
• Was uw handen en droog deze af voor- dat u
begint.
• Kies de prikplaats.
• Wrijf circa 20 seconden over de prik-plaats
voordat u prikt.
• Reinig de prikplaats met een wattenstaafje dat
is bevochtigd met een 70% alcoholoplossing en
laat de huid aan de lucht drogen.
• Testen op de vingertop (h)
Druk de punt van het prikapparaat stevig tegen
8
de onderkant van uw vingertop. Druk op de vri
jgave knop om uw vinger aan te prikken; een
klik geeft aan dat het prikken voltooid is.
OPMERKING:
• Kies telkens als u prikt een andere plaats.
Herhaald prikken op dezelfde plaats kan zere
plekken en eeltvorming veroorzaken.
• Het wordt aanbevolen om de eerste
bloeddruppel af te vegen, omdat deze
weefselvloeistof kan bevatten die het
testresultaat kan beïnvloeden.
Een bloedglucosetest uitvoeren
Om een bloedglucosetest uit te voeren heeft u het
volgende nodig: (b), (c),
1. Plaats een teststrip in de testsleuf van de
meter om uw meter in te schakelen
Wacht tot de meter "
2. Kies de gewenste meetmodus door op M te
drukken.
3. Een bloedmonster afnemen (i)
Gebruik het vooraf ingestelde prikapparaat voor
het aanprikken van de gewenste plaats. Het
wordt aanbevolen om de eerste bloeddruppel
weg te vegen met een schoon doekje/
wattenstaafje. De grootte van de druppel moet
minimaal zo groot zijn als ( ware grootte),
wat overeenkomt met circa 0,5 microliter (μL)
volume voor een bloedglucosetest en 0,8
microliter (μL) volume voor een β-ketonentest.
Knijp voorzichtig in de nabijheid van de
prikplaats om nog een bloeddruppel te
verkrijgen. Let op dat u het bloedmonster NIET
uitsmeert.
4. Breng het monster aan (j)
Breng de bloeddruppel voorzichtig in contact
met de teststrip onder een schuine hoek. Het
controlevenster van de teststrip zal volledig
gevuld zijn als er genoeg bloed is aangebracht.
Verwijder uw vinger NIET voordat u een piep
hoort.
(e) en (f).
" en " " weergeeft.