Een vakman die door zijn professionele opleiding, zijn kennis en erva-
ring alsook zijn kennis van de van toepassing zijnde bepalingen die de
hem overhandigde werkzaamheden betreffen, mogelijke gevaren kan
herkennen en gepaste veiligheidsmaatregelen kan nemen. Een vakman
dient de van toepassing zijnde vakspecifieke regels aan te houden.
2.3 Algemene veiligheidsinstructies
– Het apparaat enkel gebruiken in technisch rimpelloze toestand.
– Zich ervan verzekeren dat het apparaat niet in de handen van kinde-
ren terechtkomt.
– Het apparaat enkel binnen het vermogensbereik en de omgevings-
toestanden gebruiken, die in de technische gegevens aangegeven
zijn.
– Zich ervan verzekeren dat het apparaat niet blootgesteld wordt aan
invloeden van vocht, trillingen, constante zonne- of warmtestraling,
koude of mechanische belastingen.
3 Overzicht apparaat
Kamerbedieningsapparaat
Zie hiervoor ook Afb. 1 [} 3]
A)
Montageonderdeel
Overzicht apparaat
31