De Elektrische Bedrading Aansluiten; De Aansluitadressen Instellen; De Kamertemperatuur Oppikken Met De Ingebouwde Sensor In Een Afstandsbediening - Mitsubishi Electric CITY MULTI PFFY-P-VLEM-A Serie Installationshandbuch

Voorzichtig:
Leg de bedrading altijd zo aan dat de draden niet onder mechanische span-
ning staan of te strak worden getrokken. Als dit gebeurt, kunnen draden
breken of oververhit raken en brand veroorzaken.
• Sluit de voedingsdraden aan op de besturingsdoos met behulp van een buffer-
doorvoer voor trekbelasting (PG-aansluiting of vergelijkbaar). Sluit de
transmissiebedrading aan op het transmissie-aansluitblok via de (uitdruk) ope-
ning in de besturingsdoos, met een normale doorvoer.
• Als alle bedrading is aangelegd, controleer dan nogmaals of alle verbindingen
goed zijn gemaakt en plaats hierna het deksel van de aansluitdoos weer te-
rug. Volg hiervoor de stappen voor het verwijderen, maar in omgekeerde volg-
orde.
Voorzichtig:
Let op dat de voedingsdraden nooit te strak staan. Dit kan leiden tot losra-
ken, oververhitting of brand.
Opmerkingen:
*1 Aard de transmissiekabel via de aardklem
[Beperkingen op de Transmissiekabels]
[Fig. 7.2.5] (P.3)
G Buitenapparaat
I Binnenapparaat
K Apolair 2-draads

7.3. De elektrische bedrading aansluiten

(Zorg ervoor dat er geen speling in de aansluitklemschroeven zit.)
Zorg ervoor dat de modelnaam in de gebruiksaanwijzing die op het deksel van het
regelkastje zit hetzelfde is als de naam op de kenplaat.
Opmerking:
Bij apparaten uit de lijn PFFY-P-VLEM moet het voorpaneel verwijderd wor-
den voordat u de bedrading kunt aansluiten. Het is mogelijk om een
afstandsbedieningseenheid aan te sluiten op apparaten van dit type. Voor
meer informatie kunt u kijken naar de instructies op het plaatje, hetgeen u
kunt vinden wanneer u de afdekplaat opent die zich rechts van het gat voor
de luchtuitlaat bevindt. Indien u een afstandsbedieningseenheid wilt aan-
sluiten, volgt u dan de instructies.
1. Verwijder met een schroevendraaier de twee schroeven waarmee de afdek-
plaat van de aansluitdoos bevestigd is.
[Fig. 7.3.1] (P.3)
A Regelkastje
C Schroef
2. Maak de stroomkabel aan het regelkastje vast met gebruik van een bufferbus
om meer trekkracht te krijgen (PG aansluiting of iets dergelijks). Sluit de
transmissiekabel aan op het aansluitblok van de transmissie door het uitduw-
gat van het regelkastje met gebruik van een gewone bus.
38
van het buitenapparaat.
H Aarding
J Afstandsbediening
B Deksel
D Haak
3. Zoals getoond bij 2, sluit de voedings- en transmissiekabel en de afstandsbe-
diening aan. U hoeft het regelkastje er niet af te halen.
[Fig. 7.3.2] (P.3)
A 24 tot 30 V gelijkstroom
C Klemmenblok voor de voeding
E Klemmenblok voor de transmissiekabel
F Naar eenfase voedingsbron
G Naar klemmenblok voor de transmissiekabel van het buitenapparaat
* Neem de aarde van de afscherming
H Naar de klemmenblokken voor de transmissiekabel, de afstandsbediening en de
BC-bedieningseenheid van het binnenapparaat.
4. Nadat de bedrading is aangesloten, moet u zich ervan verzekeren dat er geen
speling in de aansluitingen zit en moet u het deksel van het regelkastje er weer
opzetten.
Voorzichtig:
Zet de elektrische kabels buiten het apparaat vast met kabelklemmen.
Voorzichtig:
Leg de voedingskabel zo aan dat er geen spanning op staat, anders kan de
kabelaansluiting los gaan of kan er oververhitting of brand ontstaan.

7.4. De aansluitadressen instellen

(Zorg ervoor dat er geen stroom op het apparaat staat als u de adressen instelt)
[Fig. 7.4.1] (P.3)
<Adresbord>
• Hoe u de aansluitadressen instelt
Voorbeeld: Als het adres "3" is, laat SW12 (voor 1 tot 9) dan op "0" staan en
breng SW11 (voor groter dan 10) in overeenstemming met "3".
• De draaischakelaars worden in de fabriek allemaal op "0" gezet. Deze schake-
laars kunnen worden gebruikt om de adressen van de apparaten naar keuze
in te stellen.
• De vaststelling van de aansluitadressen van het binnenapparaat varieert met
het systeem dat u gebruikt. Stel ze in in overeenstemming met technische
gegevens.
7.5. De kamertemperatuur oppikken met de
ingebouwde sensor in een afstandsbe-
diening
Als u de kamertemperatuur wilt oppikken met de ingebouwde sensor in een af-
standsbediening, zet dan SW1-1 op het controlebord op "ON" (AAN). De instelling
van SW1-7 en SW1-8 maken het ook mogelijk om de luchtstroom aan te passen
wanneer de verwarmingsthermometer op "OFF" staat.
B Netwerkafstandsbediening
D Afscherming
aan de kant van het buitenapparaat.