Informatie Over Onderhoud - Herz MD10 Betriebsanleitung

Voor een storingvrij bedrijf van de ventilatoren is het
belangrijk dat de regelaar voldoet aan de volgende eisen:
Vermogen van de regelaar gelijk aan of groter dan het
•
motorvermogen *)
Stroom van de regelaar gelijk aan of groter dan
•
motorstroom *)
Uitgangsspanning van de regelaar gelijk aan de
•
dimensioneringsspanning van de motor
De pulsfrequentie van de regelaar moet 8 kHz
•
bedragen omdat een kleinere pulsfrequentie sterke
motorgeluiden veroorzaakt.
De regelaar moet
•
temperauursensor (ptc-sensor) of een thermische
beveiliging (verbreekcontact) hebben.
*) Waarden zie typeplaat
De motor kan in driehoek- of sterschakeling, afhankelijk van de
ingangsspanning van de regelaar worden gebruikt.
De volgende U/f-toewijzing op de regelaar moet beslist
worden ingesteld.
Als deze aanwijzing niet wordt opgevolgd, stijgt de motorstroom
bovenproportioneel en
dimensioneringstoerental niet.
Let op!
In geen geval mag op de regelaar een hogere
frequentie (een hoger toerental) worden ingesteld
dan de frequentie (fB) die op de typeplaat staat,
omdat anders hetzij de motor wordt overbelast,
hetzij door het te hoge toerental de ventilator
beschadigd kan raken. De temperatuursensoren
moeten ter beveiliging van de aandrijfmotor
worden aangesloten op de juiste ingangen van de
regelaar. Eenfase-wisselstroommotoren zijn niet
geschikt voor bedrijf met regelaar.
De door de leverancier van de frequentieregelaar
∗
in de desbetreffende
applicatiehandboeken
veiligheidsaanwijzingen moeten beslist worden
aangehouden om een veilig en storingvrij bedrijf
te waarborgen.
Daarnaast moet er bij FUK-apparaten rekening
mee worden
omgevingsomstandigheden
verontreiniging van de koelribben kan ontstaan.
Als de koelcapaciteit
onvoldoende is, schakelt de frequentieregelaar uit.
Regelmatige controle is voor apparaten in deze
omgevingen noodzakelijk.
Beveiliging door foutstroom-beveiligingsschakelaar (FI-
beveiligingsschakelaar):
De huidige IGBT-frequentieregelaars veroorzaken op grond van
hun constructieprincipe afl eidingsstromen >=3,5 mA.
Deze afl eidingsstromen
uitschakelingen in installaties,
beveiligingsschakelaar beveiligd zijn.
32
een aansluiting voor
bereikt de aandrijfmotor
bedienings-
gegeven installatie-
gehouden dat in bijzondere
een
van de koelribben
kunnen leiden tot
die via een 30
In geval van een storing kunnen foutstromen ook als
gelijkstroom via de aardgeleider wegvloeien. Als een beveiliging
door FI-beveiligingsschakelaars aan de voedingszijde nodig is,
moet beslist een FI-beveiligingsschakelaar die gevoelig is voor
alle stroomtypen (type B) worden gebruikt. Gebruik van een
verkeerde FI-beveiligingsschakelaar anders dan type B kan in
geval van een fout tot ernstig persoonlijk letsel of zelfs de dood
leiden.
Om te voldoen aan de norm EN 61800-5-1 moet de verbinding
van de aarddraad dubbel, via gescheiden klemmen worden
uitgevoerd of moet een diameter van de aarddraad van minimaal
10 mm² Cu worden gerealiseerd.
een
Bedrijf en aansluiting op openbare voedingsnetten:
De meeste frequentieregelaars zijn bedoeld voor bedrijf op
industriële voedingsnetten. Als de regelaar direct op het
openbare voedingsnet moet worden aangesloten en gebruikt,
moeten
(bijvoorbeeld een netsmoorspoel in de netspanningsleiding)
worden ingebouwd. Meer informatie vindt u in de aanwijzingen
van de fabrikant van de regelaar.

5. INFORMATIE OVER ONDERHOUD

Voor slijtdelen gelden de geadviseerde onderhoudsintervallen;
deze intervallen moeten worden aangehouden voor garantie (zie
5.1 tot en met 5.3). De levensduur van slijtdelen (kogellagers en
filters) is afhankelijk van de bedrijfsuren, van de belasting en van
overige invloeden zoals temperatuur Werkzaamheden in het
kader van onderhoud en service mogen alleen worden
uitgevoerd door voldoende vak- en deskundige, regelmatig
geschoolde personen. Hierbij moet als aanvulling op de
het
bedieningshandleiding voor het betreffende apparaat alsook op
de voorschriften en adviezen voor de totale installatie het
volgende worden aangehouden:
Inspectie- en onderhoudsintervallen:
Afhankelijk
gebruiksomstandigheden moet de exploitant de reinigings-,
inspectie- en onderhoudsintervallen zelf vastleggen.
Directe inspectie en onderhoud:
Als vibraties
luchtverplaatsing.
of
∗
en
5.1 Kogellagers
De ventilator is uitgerust met gesloten groefkogellagers, die niet
hoeven te worden nagesmeerd en een minimale levensduur van
grote
ongeveer 22.000 uur hebben. Vóór afl oop van de levensduur,
minimaal 22.000 uur, wordt vervanging van de kogellagers
geadviseerd.
Bij continubedrijf/continugebruik van 24 uur per dag mag de
bedrijfstijd van 30 maanden niet worden overschreden.
5.2 Afdichtingen en radiale oliekeerringen
Afdichtende
veiligheidshalve
onderhoudsbeurt
geopend, verwijderd of op andere manier werden gewijzigd.
foutieve
mA-FI-
5.3 Fijnfilters
De mate van verontreiniging van de filterelementen moet
periodiek
/omgevingsomstandigheden worden gecontroleerd. Dit betekent
dat de doorlaatbaarheid van de filters door de exploitant moet
worden gewaarborgd.
indien nodig aanvullende
van de bedrijfsuren,
en schokken
Let op!
Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door
de fabrikant. Bij reparaties,
vervanging van componenten
aanvaarden wij geen enkele aansprakelijkheid.
bestanddelen en
ten minste worden
waarbij afdichtende
en afhankelijk
BA MD10MD14 V20 R14 10_2017 EU long.doc
ontstoringsmaatregelen
belastingen en
optreden, verminderde
wijzigingen of
door derden
oliekeerringen moeten
vernieuwd bij elke
elementen werden
van de gebruiks-