Helo HNS T1 Produkthandbuch Seite 162

8
Gebruikers- en installatiehandleiding HNS T1
Aansluitingen water- en stoomleiding
Sluit de flexibele ¾" wateraansluitleiding in de verpakking aan op de wateraansluiting op het installatiepaneel van het
apparaat en op de koudwaterleiding van het gebouw. De waterdruk moet tussen de 0,2 en 10 bar liggen. De
watertoevoerleiding moet een handmatige afsluitkraan hebben om de watertoevoer naar het apparaat af te sluiten als
het apparaat voor langere tijd buiten gebruik is.
De installatie moet aan plaatselijke regelgeving voldoen.
We bevelen aan een koperen pijp te gebruiken van ten minste 18x16 mm (vermogen van het stoomapparaat 3,4 kW-
9,5 kW) of 22x20 mm (vermogen van het stoomapparaat 12,0 kW-14 kW) of een siliconen pijp van een vergelijkbare
maat bij het aansluiten van de stoomleiding. De diameter van de stoomleiding moet over de gehele lengte gelijk zijn.
De stoomleiding moet vanaf de stoomgenerator naar de stoomruimte licht omhoog of omlaag lopen. Er MOGEN GEEN
waterafsluitingen zijn of plekken waar water blijft staan. Het condenswater dat zich in de stoomleiding vormt moet vrij
kunnen worden afgevoerd naar de stoomruimte of terug naar de stoomgenerator. Als een aromapomp wordt
aangesloten op de stoomgenerator, moet de leiding ALTIJD weg van het stoomapparaat afvoeren, zodat er geen
chemicaliën in het reservoir terecht kunnen komen.
De aanbevolen maximumlengte van de leiding bedraagt 5 meter.
We bevelen aan om altijd extra isolatie om de stoomleiding aan te brengen, zowel om veiligheidsredenen als om
condensatie van het water in de leiding te voorkomen.
De vrije ruimte tussen een niet-geïsoleerde stoomleiding en brandbaar materiaal zoals hout dient ten minste 10 mm te
bedragen.
WAARSCHUWING: hete stoom kan brandwonden veroorzaken.
De magneetklep voor het legen van het reservoir van de stoomgenerator wordt in de afvoerleiding geplaatst. U kunt
echter ook een handmatige afvoerklep gebruiken. Sluit de afvoerpijp (koperen pijp met een binnendiameter van ten
minste 16 mm) Water afvoeren uit de stoomgenerator in de afvoerleiding. Leid de afvoerleiding naar de dichtstbijzijnde
afvoer buiten de stoomruimte. De temperatuur van het afgevoerde water is 90 tot 95 °C.
BELANGRIJK!
Onafhankelijk van waar de afvoerleiding heen wordt geleid, moet deze vanaf de stoomgenerator neerwaarts in de
richting van de afvoer gaan. Om een goed verval te verzekeren, kan het nodig zijn de stoomgenerator aan de wand of
op een verhoging te monteren.
Van de stoomgenerator Het reservoir van de stoomgenerator moet na elk gebruik worden geleegd. Dit zal de
levensduur van de generator verlengen en kalkafzetting beperken.
De garantie op het product vervalt als de stoomgenerator niet juist is geïnstalleerd of op een andere wijze is
gebruikt dan is beschreven in deze gebruikershandleiding.
De garantie is evenmin van toepassing op werkingsproblemen die worden veroorzaakt door hard water, dit is
water met veel kalk, of anderszins onzuiver water.
De stoomgenerator moet worden onderhouden volgens de aanwijzingen in de gebruikershandleiding.