Drukmeetpunten - Honeywell SM-RI-X Q75 Betriebsanleitung

Als er geen temperatuurmeetpunten in het meterhuis aanwezig zijn, dan
moeten de externe temperatuurmetingen in de buisleiding achter de
gasmeter op een afstand tot 3 x DN, maximaal echter 600 mm, aangebracht
zijn.

ATTENTIE!
 Bij meetinstallaties buiten kan het meetresultaat door de
omgevingstemperatuur worden beïnvloed.
 Meetelementen buiten de buisleiding voldoende tegen
invloeden van de omgevingstemperatuur isoleren.
 Om een optimale warmtegeleiding te bereiken, moet u de
temperatuuropnemer houder(s) met een warmtegeleidende
vloeistof of pasta vullen.

2.4 Drukmeetpunten

Als drukmeetpunt, bijv. voor de aansluiting van een druksensor, is op het
meterhuis een "rechte schroefdraadpijpverbinder" volgens DIN 2353
aangebracht. Deze is met pm/pr gekenmerkt en voor de aansluiting van
stalen buizen Ø 6 mm volgens DIN EN 10305-1 (bijv. staalsoort E235) of
flexibele drukslangen van Honeywell aangebracht.

OPGELET!
 Kan de bedrijfszekerheid in gevaar brengen!
 De betrouwbare werking is alleen gegarandeerd wanneer de
materiaalcombinatie van schroefdraadpijpverbinder en buis bij
elkaar passen.
 De rechte schroefdraadpijpverbinder mag niet op buizen van
roestvrij staal of op buizen gemaakt van non-ferromateriaal
aangesloten worden.

ATTENTIE!
 Uitsluitend originele Parker-Ermeto
schroefdraadpijpverbindingen gebruiken.
 Voor ombouw en installatie van bijkomende apparatuur
adviseren wij contact op te nemen met de lokale servicedienst
van Honeywell.
73024521a © Elster GmbH | Alle rechten en wijzigingen voorbehouden
Honeywell
177