Philips LTC 0809 Series AutoDome Installationshinweise Seite 41

AFSTELLEN VAN DISPLAY OP SCHERM (COM 61)
Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt er een menu op het
scherm geactiveerd waarin de teksthelderheid, de achtergrond en
de verticale positie kunnen worden afgesteld.
COMMANDOVERGRENDELING/ONTGRENDELIN
G (INSTELLEN 103/104)
Wanneer de vergrendeling is ingesteld, kunnen de commando's
onder opmerking 7 niet worden gebruikt.
OPMERKINGEN:
1. De volgende instellingen worden opgeslagen voor
vooringestelde taferelen:
Panning-positie
Kantelpositie
Zoompositie
Focusmodus AUTO/HAND
Focuspositie voor modus HAND
Irismodus AUTO/HAND
Iris ALC/NIVEAU voor modus AUTO of positie voor
modus HAND
Witbalansmodus AUTO/HAND (alleen voor
kleurcamera's)
Rood- en blauw-gehalte voor modus HAND (alleen voor
kleurcamera's)
Sluitermodus AAN/UIT
Compensatie tegenlicht AAN/UIT.
2. Onderstaande instellingen zijn opgeslagen als een
standaardinstelling in het niet-vluchtige geheugen
(EEPROM) op het ontvanger-/driverbord en dit zijn de
instellingen die na het inschakelen worden gebruikt:
Linkerlimiet auto-panning = 0 graden
Rechterlimiet auto-panning = 359,9 graden
Snelheid auto-panning = 30 graden per seconde
Activering auto-focus = UIT
Activering auto-iris = AAN
Auto-snelheid = UIT
Spot auto-focus = AAN
Commandovergrendeling = UIT (ontgrendeld)
Auto-sluitertijd = UIT
Inschakelen auto-draaien = AAN
Naar basispositie = UIT
Optimaliseren gezichtsveld = AAN
Inschakelen display op scherm = AAN
3. Deze instelling wordt opgeslagen als standaardinstelling in
het niet-vluchtige geheugen van de camera.
4. Voorinstelling 1 (indien ingesteld) wordt bij het inschakelen
na het terugkeren naar een voorinstelling automatisch
opgeroepen.
5. De scanrichting is afhankelijk van de richting waarin de
laatste keer een panning-actie werd uitgevoerd.
6. Voorinstellingen kunnen zodanig worden uitgeschakeld, dat
zij niet actief zijn wanneer een voorinstelling wordt
opgeroepen. Zij kunnen dan wel nog handmatig worden
opgeroepen.
7. Commando wordt beïnvloed door de functie
commandovergrendeling.
8. Wordt uitgeschakeld wanneer panning handmatig (met de
joystick) gebeurt.
9. Auto-iris and auto-focus gaan terug naar de handmatige
modus wanner de handmatige iris- en
focusbedieningsknoppen worden gebruikt. Wanneer vanuit
de auto-modus wordt overgeschakeld op handmatige
irisinstelling of handmatige focus, dan wordt op de laatst
ingestelde handmatige instelling overgeschakeld.
10. De handmatige irisinstelling wordt automatisch geactiveerd
wanneer compensatie voor tegenlicht wordt geselecteerd
(ON - aan).
5.4 DIP-switches
Het kan zijn dat op de DIP-switches OPEN in plaats van OFF
(uit) staat aangegeven en CLOSED (gesloten) in plaats van
ON (aan).
S102.5, S102.6 en S107.7: Met deze DIP-switches worden de
panning- en kantelsnelheden ingesteld wanneer de AutoDome
wordt geregeld door een systeem dat "vaste snelheid"-
commando's genereert. In onderstaande tabel worden de
maximumsnelheden getoond voor de zoomlens wanneer deze op
groothoek is ingesteld. De snelheid wordt automatisch verlaagd
wanneer er wordt gezoomd. Bij maximumzoom (telefoto-
instelling) bedraagt de snelheid ongeveer 12% van de snelheid
bij maximumgroothoek.
Instellingen DIP-switches
5 6 7
UIT UIT UIT
AAN UIT UIT
UIT AAN UIT
AAN AAN UIT
UIT UIT AAN
AAN UIT AAN
UIT AAN AAN
AAN AAN AAN
Wanneer auto-snelheid is ingeschakeld (zie DIP-switch S102.8),
dan gelden deze instellingen alleen voor de kantelsnelheid.
S102.8: Met deze DIP-switch wordt de auto-snelheidtoepassing
geregeld. Wanneer de toepassing is ingeschakeld, dan is auto-
snelheid altijd ingeschakeld; opdrachten via COM 16 worden
genegeerd; zie Auto-snelheid (COM 16) voor een beschrijving.
Wanneer auto-snelheid is ingeschakeld, wordt met een lage
panningsnelheid begonnen en deze snelheid wordt verhoogd
naarmate de panbedieningsknop wordt vastgehouden. De
snelheid daalt weer wanneer de panbedieningsknop wordt
losgelaten. De kantelsnelheid wordt niet door deze schakelaar
beïnvloed. Deze snelheid wordt nog steeds geregeld door de
instelling van DIP-switches S102.5, S102.6 en S102.7. De
toepassing auto-snelheid kan alleen worden gebruikt wanneer de
AutoDome wordt geregeld door een systeem dat "vaste
snelheid"-commando's genereert.
S102.1: RS-232 Baud rate: 2400 - UIT, 9600 - AAN
S102.2: Zoompolariteit lens: Normaal - UIT, Achteruit - AAN.
S102.3: Focuspolariteit lens: Normaal - UIT, Achteruit - AAN.
S102.4: Irispolariteit lens: Normaal - UIT, Achteruit - ON.
S101.1: Niet gebruikt, ingesteld op UIT
S101.2: Niet gebruikt, ingesteld op UIT
S101.3: Niet gebruikt, ingesteld op UIT
5.7
Maximum-snelheid
(°/s)
4
6
10
15
20
30
45
60