Carrier 80AWX Serie Installationanweisungen Seite 108

Code
Niveau Naam variabele
nr.
6 Gebruiker DAY PERIOD
TROOM SENSOR ADJ
7 Gebruiker
ZONES
8 Gebruiker TEMP LIST
9 Gebruiker FAULT CODES
10 Gebruiker FAULT HISTORY
100 Inst. SYSTEEMTYPE
101 Inst. NIET GEBRUIKT
102 Inst. NIET GEBRUIKT
103 Inst. GMC ADRES
104 Inst. NUI ADRES
105 Inst. ZONEREGELING
108
BESCHRIJVING
GEBRUIKSPARAMETERS
De gebruiker kan kiezen hoeveel periodes per dag er beschikbaar zijn voor de
programmering.
Gebruik de knop Dagen voor selectie van:
Dag 0 - Zone 1&2 Programma
0. geen programma; er wordt geen programmapictogram weergegeven
1. 2 periodes
2. 4 periodes
3. 6 periodes
Dag 1 - SWW-programma
1. 2 periodes
2. 4 periodes
Gebruik de Dagen-knop voor de onderstaande selectie:
0. Instelling kamertemperatuursensor voor zone 1
1. Instelling kamertemperatuursensor voor zone 2
Afhankelijk van de selectie worden de volgende temperaturen weergegeven op de
gebruikersinterface:
1. Temperatuur van de zone:
Zone 1: kamertemperatuur
Zone 2: kamertemperatuur
Zone 3: SWW-temperatuur
2. LWT
3. SWW-temp
4. TWB
5. TW1 (Watertemperatuur in zone 1)
6. TW2 (Watertemperatuur in zone 2)
7. Niet gebruikt
8. Niet gebruikt
Foutcodes en alarmen hydronische module, zonekit, gebruikersinterface en buitenunit
gescrold @ 1 seconde.
Slaat de recentste 4 foutcodes en alarmen op.
PARAMETERS INSTALLATEUR
Systeemset-up
Deze parameter wordt door de installateur gebruikt om het systeemtype te bepalen:
Kies 1 als er geen zonekit aangesloten is, anders kiest u 2.
Deze parameter bepaalt of de kaart als hydronische modulekaart (master) of als
zonekitkaart (slave) fungeert.
Om deze parameter te veranderen, sluit u de gebruikersinterface aan op de
betreffende kaart via de J5-connector; bedrading van de gebruikersinterface volgens
aansluiting op W-C-G-Y klemmenblokken (zie handleiding gebruikersinterface).
1. Master
2. Slave
Specificeert de aansluiting van de gebruikersinterface.
Als deze parameter niet correct is ingesteld, werkt de gebruikersinterface niet.
242. Gebruikersinterface aangesloten op W-C-G-Y, zie handleiding gebruikersinterface
243. Gebruikersinterface aangesloten op Rc-Rh-G2-Y2 (zie handleiding
gebruikersinterface) en in zone 1 geplaatst
244. Gebruikersinterface aangesloten op Rc-Rh-G2-Y2 (zie handleiding
gebruikersinterface) en in zone 2 geplaatst
Deze parameter definieert de regeling in zones. Gebruik de Dag-knop voor selectie
van:
0. Zone 1 BEST
0. Geen besturing
1. Gebruikersinterface (extra gebruikersinterface, aangesloten op Rc-Rh-G2-Y2)
2. Opnemer
3. Thermostaat
4. Gebruikersinterface van unit verwijderd van unit en in zone gemonteerd;
aansluiting op W-C-G-Y
1. Zone 2 BEST
0. Geen besturing
1. Gebruikersinterface (extra gebruikersinterface, aangesloten op Rc-Rh-G2-Y2)
2. Opnemer
3. Thermostat
4. Gebruikersinterface van unit verwijderd van unit en in zone gemonteerd;
aansluiting op W-C-G-Y
WAARDEBEREIK
STANDAARD
Min Max
3
1 3
2
-5 °C +5 °C 0 °C
1 8 1
- - -
- - -
1 2 1
1 2 1
242 244 242
0 4 0