Easy Temp ECP 06 Einbau- & Anleitungshandbuch Seite 216

6. BIJLAGEN (vervolg)
6.4 Herstellingsgids
Probleem
Defect sonde wateraanvoer
Defect sonde waterafvoer
Defect sonde buitentemperatuur
Defect ontdooiingssonde
Hogedrukbeveiliging
Lagedrukbeveiliging
Defect debietdetector
Te groot temperatuurverschil
tussen het aangevoerde en het
afgevoerde water
Antivriesbescherming
Koude modus
Communicatieprobleem
Antivriesbescherming van niveau 1
Antivriesbescherming van niveau 2
Foutcodes Beschrijving
De sensor is open of heeft een
P01
kortsluiting.
De sensor is open of heeft een
P02
kortsluiting.
De sensor is open of heeft een
P04
kortsluiting.
De sensor is open of heeft een
P05
kortsluiting.
Druk van het koelcircuit te
hoog of waterdebiet te laag of
E01
verdamper verstopt of te laag
luchtdebiet.
Druk van het koelcircuit te laag of
E02 luchtdebiet te laag of verdamper
verstopt.
Waterdebiet onvoldoende of
E03
detector in kortsluiting of defect
Waterdebiet in volume
E06 onvoldoende, verschil in
waterdruk te laag / te hoog.
E07 Te lage hoeveelheid waterafvoer.
Slechte werking van de LED-
E08
controller of de PCB-aansluiting.
Omgevingstemperatuur
E19 en temperatuur van het
aangevoerde water te laag.
Omgevingstemperatuur
E29 en temperatuur van het
aangevoerde water nog lager.
Bepaalde verrichtingen moeten door
een erkend technicus uitgevoerd
worden.
Controleer of vervang de sensor.
Controleer of vervang de sensor.
Controleer of vervang de sensor.
Controleer of vervang de sensor.
Controleer de drukregelaar van
de hoge druk en de druk van het
koelcircuit.
Controleer het water- of
luchtdebiet. Controleer of de
debietregelaar goed werkt.
Controleer de opening van de
wateraanvoer/afvoerkleppen.
Controleer de afstelling van de
bypass.
Controleer de drukregelaar van
de lage druk en de druk van het
koelcircuit om te zien of er een
lek is.
Reinig het oppervlak van de
verdamper.
Controleer de rotatiesnelheid van
de ventilator.
Controleer de vrije luchtcirculatie
door de verdamper.
Controleer het waterdebiet,
controleer de filtreerpomp en de
debietdetector om te zien of er
eventuele werkingsproblemen zijn.
Controleer het waterdebiet of de
verstopping van het systeem.
Controleer het waterdebiet of
de temperatuursensor van het
afgevoerde water.
Controleer de kabelaansluiting.
Stop de warmtepomp en leeg de
condensor. Vorstgevaar.
Stop de warmtepomp en leeg de
condensor. Vorstgevaar.
Oplossing
33