Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Märklin 144 Series Anleitung Seite 15

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für 144 Series:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Connexion des voies ferrées
Pour éviter des pertes de potentiel sur l'installation, il
faut veiller à ce que les éclisses de liaison des rails soient
toujours parfaitement adaptées. Une nouvelle alimentation
électrique est conseillée tous les 2 à 3 m au moyen des
griffes d'alimentation 5654.
Pour l'exploitation de la rame automotrice en mode con-
ventionnel, la voie de raccordement doit être déparasitée.
A cet effet, utiliser le set de déparasitage réf. 104770. Le
set de déparasitage ne convient pas pour l'exploitation en
mode numérique.
Franchissement des côtes
Contrairement à l'original, la maquette est également en
mesure de franchir des côtes assez importantes. En temps
normal, une côte devrait étre de l'ordre de 3% maximum. A
l'extrême limite, 5% sont envisageables avec une puis-
sance du train réduite en consequence. Le début et la fin
de la côte doivent en tous cas étre arrondis. La différence
de pente entre deux éléments de voie d'au moins 300 mm
de longueur doit étre de 1 à 1,5% maximum.
Betrieb • Operation • Fonctionnement • Exploitatie
Aansluiting van de sporen
Om spanningsverlies op de modelbaan te voorkomen
moeten de raillassen altijd goed op elkaar aansluiten. Om
de 2 à 3 meter moet de voeding opnieuw op de rails gezet
worden.Daarbij zijn de aansluitklemmen 5654 aan te raden.
Voor het conventionele bedrijf met de het treinstel dient
de aansluitrail te worden ontstoort. Hiervoor dient men de
ontstoor-set 104770 te gebruiken.Voor het digitale bedrijf is
deze ontstoor-set niet geschikt.
Berijden van hellingen
In tegenstelling tot het grote voorbeeld kunnen met een
modelbaan ook grotere hellingen bereden worden. Normaal
moet een helling maximaal
3 procent zijn. In extreme gevallen is maximaal 5 procent
mogelijk, maar dan moet rekening gehouden worden met
een evenredig verlies aan vermogen. Het begin en het einde
van de helling moeten altijd gerond worden.
Het verschil in de helling tussen twee tenminste 300 mm
lange railstukken mag maximaal 1 à 1,5 procent bedragen.
15

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis