Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Toevoer Van Verbrandingslucht; Externe Verbrandingsluchtaansluiting; Monteren Van De Haardkachel; Montagevolgorde - Olsberg Merapi Bedienungsanleitung

23/675
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1

Toevoer van verbrandingslucht

U moet kunnen garanderen dat de haardkachel over
voldoende verbrandingslucht kan beschikken. Voor
een probleemloze werking van de haardkachel is een
verbrandingsluchtdebiet van 18,7 m³/h noodzakelijk.

Externe verbrandingsluchtaansluiting

De verbrandingslucht kan bij externe toepassingen
van buitenaf via een gesloten leiding of via een dienst
as in de schoorsteen worden aangevoerd. Neem
hiervoor contact op met uw lokale controleur van
verwarmingsinstallaties.
Om energie te besparen moet de verbrandingslucht-
toevoer kunnen worden afgesloten wanneer de haard
niet wordt gebruikt. Dit kan door het plaatsen van een
afsluitklep in de verbrandingsluchttoevoer of door een
luchtinlaatregelmechanisme in de haard zelf. Indien
u een afsluitklep gebruikt, moet deze klep worden
voorzien van duidelijke labels die de standen OPEN/
GESLOTEN aangeven.
Door het sluiten wordt verhinderd dat, door onafgebro-
ken circulatie van koude verbrandingslucht, warmte uit
de kamer ontsnapt en er condens wordt gevormd in
koude toevoerleidingen van verbrandingslucht.
Opgelet:
De verbrandingsluchtleiding mag nooit worden ge-
sloten wanneer de haardkachel in gebruik is!
Om de verbrandingslucht van het apparaat niet de op-
stelruimte maar extern over een leiding aan te voeren,
bestaat de mogelijkheid aan het apparaat achteraan
een verbrandingsluchtleiding Ø 125 mm aan te schroe-
ven. Wordt de verbrandings-luchtleiding langer als 3 m
uitgevoerd, dan moet het rekenkundig bewijs voor de
verbrandingslucht-verzorging worden geleverd. Bij
heel lage buitentemperaturen kan zich aan de verbran-
dingsluchtleiding condenswater vormen. Om deze re-
den moet deze leiding met geschikt isolatiemateriaal
geïsoleerd worden. Respecteer de regels van goed
vakmanschap inzake haarden en heteluchtverwarming.
Gebruik
de
Olsberg
af dicht lip.
Opgelet:
Apparaten met een externe verbrandingslucht-
aansluiting zijn zonder een extra veiligheidsin-
richting niet geschikt voor gelijktijdig gebruik met
ventilatiesystemen.

Monteren van de haardkachel

De plaatsingsbodem moet vlak en waterpas zijn. De
haardkachel mag slechts op vloeren met voldoende
draagvermogen geplaatst worden. Ter beveiliging van
de vloer kan de haardkachel op een bodemplaat of een
glasplaat worden gezet.
Bij een brandbare vloer of tapijtvloer moet een stabie-
le en warmtevaste vonkenopvangnet plaat worden ge-
bruikt. Deze moet naar voor om 50 cm en zijdelings om
30 cm over de voorhaardopening van de haardkachel
uitsteken. Onder de haardkachel geen vonkenopvang-
net plaat is vereist.
125 mm aan te schroe-
125 mm aan te schroe-
mm aan te schroe-
mm aan te schroe-
verbrandingsluchtpijp
met

Montagevolgorde

● De aansluiting van de kachelpijp Ø 150 mm kan
naar keuze boven of achteraan plaatsvinden. Het
apparaat wordt voor een aansluiting boven voorge-
monteerd geleverd. Moet achteraan worden aan-
gesloten, dan moet in de volgende stappen worden
omgemonteerd:
- Kapje in de achterwand losbreken.
- Plaats de aansluitstomp en het afsluitdeksel van
achteren.
● Wanneer aanwezig, OEC monteren (zie hoofdstuk
"Montage OEC").
● Wordt geen OEC gemonteerd, dan de schuimfolie
tussen onderste voorpaneel en vloerplaat voorzich-
tig verwijderen.
● Montageplaats vastleggen. In het stralingsbereik
van de haardkachel mogen tot en met een afstand
van 80 cm, gemeten vanaf de zichtruit van de vuur-
cm, gemeten vanaf de zichtruit van de vuur-
cm, gemeten vanaf de zichtruit van de vuur-
haarddeur, geen voorwerpen uit brandbaar materi-
aal voorhanden zijn of worden neergezet.
Afhankelijk van hoe de haardkachel voor de te be-
schermen wanden (brandbaar of dragend) wordt ge-
monteerd, moeten overeenkomstig de positie van de
verbrandingsruimtedeur naar de opstel- resp. zij- of
achterwand, de volgende afstanden tot de wanden
worden aangehouden (zie tekening).
Wanneer er bij de opstelling geen wanden be-
schermd moeten worden, dient er alleen een mini-
male afstand van 5 cm voor de warmteafvoer te wor-
cm voor de warmteafvoer te wor-
cm voor de warmteafvoer te wor-
den aangehouden.
35 cm
Haardkachel recht in de hoek gemonteerd
20 cm
Haardkachel schuin in de hoek gemonteerd
35 cm
29

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis