Werbung
12
13
14
Introduisez la sangle d'épaule dans le guidage au
niveau de l'appuie-tête. Veillez à ce que la sangle
d'épaule passe correctement dans son guidage.
De schouderriem in de riemgeleiding aan de
hoofdsteun leggen. Verzekeren dat de schouderriem
correct in de riemgeleiding ligt.
7392-4-02/1
Veillez à un guidage correct de la sangle et à la
bonne position de la boucle de ceinture. La sangle
d'épaule doit passer au centre des épaules de l'enfant
et pas trop près du cou. Tendez la sangle et veillez
à ce qu'elle repose bien contre le corps de votre
enfant.
Een correcte riemgeleiding en een correcte ligging
van het riemslot verzekeren. De schouderriem moet
in het midden over de schouders van het kind lopen
en mag niet te kort tegen de hals liggen. De riem
aantrekken en verzekeren dat de riem nauw rond
het lichaam van het kind ligt.
7393-4-01/1
Attention : indépendamment de l'utilisation pour les
groupes I ou II + III, veillez à ce que les sangles
passent correctement sur les points porteurs.
La boucle de la ceinture doit toujours se trouver
sous le guidage de la sangle.
Let op: Onafhankelijk van het gebruik in groep I of
II+III moet de correcte riemgeleiding aan
lastdragende punten verzekerd worden. Het riemslot
van het voertuig moet altijd onder de riemgeleiding
liggen.
7399-4-01/1
F
NL
7422-6-00
Werbung
Kapitel
