Bevestigen En Instellen; Inspectie En Onderhoud - Dolmar PS-CS Originalbetriebsanleitung

EHBO
• Zorg dat er altijd een EHBO-doos in de buurt is. Vervang
onmiddellijk elk item dat uit de EHBO-doos is genomen.
• Geef de volgende informatie wanneer u om hulp vraagt:
– Plaats van het ongeval
– Beschrijving van het ongeval
– Aantal gewonden
– Aard van de verwondingen
– Uw naam

Bevestigen en instellen

WAARSCHUWING:
• Alvorens het gereedschap te monteren of af te stellen, zet u de
motor uit en trekt u de bougiekap eraf of verwijdert u de accu. Als
u dat niet doet, kan de zaagketting of andere onderdelen gaat
ronddraaien en ernstig letsel veroorzaken.
• Trek veiligheidshandschoenen aan voordat u de zaagketting
hanteert of de kettingspanning instelt. Als u dat niet doet, kan de
zaagketting flinke snijwonden veroorzaken in blote handen.
• Leg het gereedschap altijd op de grond wanneer u het monteert
of instelt. Als u het gereedschap monteert of instelt terwijl het
rechtop staat, kan ernstig letsel worden veroorzaakt.
• Volg de waarschuwingen en veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
in het hoofdstuk "Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen" op en
raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het aandrijfsysteem.
Het hulpstuk monteren (zie afb. 5)
Monteer het hulpstuk volgens de onderstaande stappen.
1. Draai de schroeven (A) en (B) los.
2. Steek de as in het tandwielhuis. Let erop dat de pin (E) zich aan
de bovenkant bevindt. Als het moeilijk is om hem helemaal erin
te schuiven, draait u de aandrijfas (C) met de hand.
3. Lijn het gat in de as uit met het gat van schroef (B).
4. Draai de schroef (B) eerst vast en draai daarna de schroef (A) vast.
Opmerking: In sommige gevallen is het mogelijk dat de as niet
volledig is vastgeklemd ondanks dat de schroeven (A) en (B) stevig
zijn vastgedraaid. In dat geval verwijdert u de afstandsring (D).
Het hulpstuk aan een aandrijfsysteem bevestigen
(zie afb. 6)
Om het hulpstuk aan een aandrijfsysteem te bevestigen, volgt u de
onderstaande stappen.
1. Zorg ervoor dat de vergrendelhendel (A) niet omlaag staat.
2. Lijn de pen (B) uit met de pijlmarkering (C).
3. Steek de as van het hulpstuk in de aandrijfas van het
aandrijfsysteem tot de ontgrendeknop (D) omhoog komt.
4. Zet de vergrendelhendel (A) stevig omlaag, zoals afgebeeld.
Om het hulpstuk te verwijderen, zet u de vergrendelhendel omhoog,
drukt u de vergrendelknop in en trekt u de as eruit.
KENNISGEVING: Zet de vergrendelhendel (A) niet omlaag zonder
dat de as van het hulpstuk erin is gestoken. Als u dit doet, kan de
vergrendelhendel de ingang voor de aandrijfas te ver dichtknijpen
en beschadigen.
De zaagketting en het zaagblad monteren
(zie afb. 7 en 8)
Let op: Zorg ervoor dat de dikte en steek van de zaagketting,
het zaagblad en het kettingwiel met elkaar overeenkomen.
Monteer de zaagketting en het zaagblad volgens de onderstaande
stappen.
1. Draai de moer (A) los en verwijder de zaagbladhouder (B).
2. Pas de zaagketting (C) in de groef van het zaagblad (D). Begin
bij de punt van het zaagblad.
3. Plaats de zaagketting (C) rond het kettingwiel (E).
4. Monteer het zaagblad (D) zodanig dat de spanmoer (F) past in
het gat in het zaagblad.
5. Monteer de zaagbladhouder (B) en draai de moer (A) stevig
vast. Draai vervolgens de moer een halve slag los om de
kettingspanning te kunnen instellen.
6. Stel de kettingspanning af. Raadpleeg hoofdstuk "De
kettingspanning instellen".
De kettingspanning instellen
WAARSCHUWING:
• Wanneer u de kettingspanning controleert of instelt, zet u de
motor uit en trekt u de bougiekap eraf of verwijdert u de accu.
• Trek voordat u de kettingspanning controleert of instelt,
veiligheidshandschoenen aan.
Let op:
• Handhaaf de juiste kettingspanning. Een slappe zaagketting kan
ertoe leiden dat de zaagketting tijden gebruik eraf komt. Een strakke
zaagketting kan de zaagketting of het zaagblad beschadigen.
• Controleer tijdens gebruik de kettingspanning veelvuldig. Door
gebruik rekt de zaagketting op en wordt slap. Wanneer een
nieuwe zaagketting is gemonteerd, moet de kettingspanning
vaker worden gecontroleerd (zie afb. 9).
Stel de kettingspanning in volgens de onderstaande stappen.
1. Draai de moer (A) een halve slag los.
2. Houd de punt van het zaagblad omhoog. Draai de spanschroef
(B) rechtsom tot de zaagketting strak langs de onderkant van
het zaagblad loopt.
3. Trek de zaagketting met de hand langs het zaagblad. Als deze
moeilijk beweegt, draait u de spanschroef een klein stukje
linksom en voert u stap 2 opnieuw uit.
4. Draai de moer (A) stevig vast.
De kettingolietank vullen
De zaagketting moet tijdens gebruik worden gesmeerd met
kettingolie.
Vul vóór gebruik de kettingolietank. Draai na het vullen de
olievuldop stevig vast.
De aanbevolen kettingolie is:
SAE10W-30,
SAE#30 tot #40 in de zomer of
SAE#20 in de winter.
Kennisgeving: Gebruik nooit afgewerkte olie. Hierdoor kan de
oliepomp worden beschadigd.
Let tijdens gebruik altijd op het kettingoliepeil. Vul kettingolie bij
wanneer het peil in de tank laag is geworden. De tank raakt leeg na
ongeveer 40 minuten gebruik (afhankelijk van de instelling van de
kettingsmering).
De toevoersnelheid van de kettingolie instellen
(zie afb. 10 en 11)
De toevoersnelheid van de kettingolie kan in drie stappen worden
ingesteld. In de fabriek is de lage toevoersnelheid ingesteld.
Verhoog de toevoersnelheid aan de hand van het gebruik,
bijvoorbeeld afzagen van harde takken.
Gebruik een platkopschroevendraaier om de toevoersnelheid van
de kettingolie in te stellen. Duw de stelschroef naar binnen en draai
hem naar de gewenste instelling van de toevoersnelheid.
A: Laag
B: Normaal
C: Hoog
Na het instellen van de toevoersnelheid van de kettingolie,
controleert u de toevoersnelheid door het gereedschap op een
gemiddeld toerental te laten draaien.

Inspectie en onderhoud

WAARSCHUWING:
• Alvorens het gereedschap te inspecteren of onderhouden,
zet u de motor uit en trekt u de bougiekap eraf of verwijdert
u de accu. Als u dat niet doet, kan de zaagketting of andere
onderdelen gaat ronddraaien en ernstig letsel veroorzaken.
• Voordat u de zaagketting hanteert of in de buurt ervan werkt,
trekt u veiligheidshandschoenen aan. Als u dat niet doet, kan
de zaagketting flinke snijwonden veroorzaken in blote handen.
• Leg het gereedschap altijd op de grond wanneer u het
inspecteert of onderhoudt. Als u het gereedschap monteert
of instelt terwijl het rechtop staat, kan ernstig letsel worden
veroorzaakt.
• Volg de waarschuwingen en veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
in het hoofdstuk "Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen" op en
raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het aandrijfsysteem.
35